Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

Investituurstrijd

betekenis & definitie

in de middeleeuwen in Europa een conflict tussen de Rooms-Duitse koningen en keizers enerzijds (Imperium) en de pausen anderzijds (Sacerdotium), over de verlening van →investituur aan bisschoppen en abten. De Investituurstrijd was een uitvloeisel van het algemene streven naar →kerkhervorming in de 11e eeuw.

De strijd brak in 1075 uit, toen paus →Gregorius vil keizer Hendrik IV verbood de investituur te verlenen. Gregorius wilde een eind maken aan de invloed van het wereldlijk gezag op de benoeming en het ambtsbeleid van kerkelijke dignitarissen, die uit het investituursrecht voortvloeide. De pausen streefden naar machtsuitbreiding op zowel kerkelijk als wereldlijk gebied. Anderzijds bleven de keizers vasthouden aan de bestaande voorrechten en voerden een cesaropapistische politiek, die gericht was op duurzame onderwerping van het kerkelijk aan het wereldlijk gezag. Een belangrijke rol speelde hierbij dat kerkelijke gezagsdragers in Duitsland tevens belangrijke functies in het rijksapparaat vervulden en uitgestrekte gebieden (35 graafschappen) ambtshalve bestuurden. Onttrekking van het investituursrecht aan de keizer zou een enorme verzwakking van het keizerlijk gezag betekenen.Na een lange en wisselvallige strijd werd het conflict in 1122 voorlopig bijgelegd door het Concordaat van Worms, dat keizer Hendrik v met paus Calixtus n sloot. De betrokkenen aanvaardden een compromis, waarbij de pasbenoemde dignitaris door kerkelijke instanties met ring en staf in zijn ambt werd geïnvesteerd, terwijl de temporalia (wereldlijke bezittingen) hem daarna door de vorst, resp. diens gevolmachtigde met scepter overgedragen werden. In Duitsland mocht de vorst de keuze van bisschoppen en abten bij wonen en tot op zekere hoogte beïnvloeden, in Italië en Bourgondië had hij dit recht niet. Analoge regelingen werden ook in Frankrijk (1104) en Engeland (1107) getroffen, hoewel de tegenstelling tussen beide machten daar veel geringer was geweest. Het conflict tussen de pausen en de Duitse keizers gaf aanleiding tot volksoproeren, maar ook tot heftige polemieken tussen geleerden. De Investituurstrijd vormde een van de belangrijkste fasen in de eeuwenlange strijd tussen kerk en staat, politiek en religie. Deze strijd, die tenslotte uitliep op een scheiding tussen kerk en staat, is een van de meest karakteristieke kenmerken van de ontwikkeling van de westerse beschaving.

LITT. A.Fliche, La réforme grégorienne (3 dln. 1924-28); G.Tellenbach, Libertas, Kirche und Weltordnung im Zeitalter des Investiturstreits (1936); R.L.Benson, The bishop-elect (1968); W. Ullman, The growth of papal government in the middle ages (1970); S.Chodorow, Christianpolitical theory and church politics (1972).