Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

Hendrik

betekenis & definitie

[→Du. Heinrich, →heim, huis, Gotische reiks, koning], 1. mannennaam, gedragen door o.a. verscheidene vorsten; 2. brave -, ben. voor iemand die al te braaf wil zijn, m.n. voor een jongen die nooit eens een streek uithaalt.

Hendrik X de Trotse, hertog van Beieren (1126—39) en Saksen (1137-39), overleden 20.10.1139 Quedlinburg; vader van Hendrik de Leeuw. Hendrik werd kort na 1137 door de Hohenstaufer Koenraad III, die hij weigerde te erkennen als Duitse koning, uit Beieren verdreven. In Saksen wist hij zich te handhaven. Hendrik de Leeuw, hertog van Beieren (1156—80) en Saksen (1142-80), *1129 Ravensburg, ♱6.8.1195 Brunswijk; zoon van Hendrik x de Trotse. Nadat Hendriks vader in beide hertogdommen was afgezet, kreeg Hendrik in 1142 Saksen en in 1156 Beieren (zonder Oostenrijk) terug. Het zwaartepunt van zijn macht bleef Saksen. Hendrik bevorderde de Duitse Oostzeehandel en de kolonisatie in het oosten (hij stichtte de stad Lübeck), terwijl hij zijn hertogelijke macht versterkte.

Zijn invloed in geheel Noorden Noordoost-Duitsland dreigde overheersend te worden. Ondertussen bleef de oude vijandschap tussen de Welfen en Hohenstaufen zich voortslepen: toen keizer Frederik Barbarossa Hendrik in 1176 om bijstand vroeg voor de strijd tegen de paus en de Lombardische steden, wilde Hendrik die slechts verlenen in ruil voor Goslar. Frederik weigerde en liet Hendrik in 1180 afzetten. Hendrik vertrok naar Engeland en keerde later terug naar de hem resterende Brunswijkse bezittingen. Na 1190 heroverde hij delen van zijn vroegere grondbezit en in 1193 verzoende hij zich met keizer Hendrik VI.

LITT. R.Hildebrand, Der sächsische Staat Heinrichs des Löwen (1937); H.Mau, Heinrich der Löwe (1943); K.Jordan, Die Bistumsgründungen Heinrichs des Löwen (2e dr. 1962).

BRABANT Hendrik I, hertog van Brabant (1190-1235), *1165, ♱5.9.1235 Keulen; zoon van Godfried III enMargareta van Limburg. Hendrik trachtte, door nu eens de Welfen dan weer de Staufen te steunen, zijn bezittingen uit te breiden en de machtigste staat inLotharingen te vormen. Zijn toenadering tot de Hohenstaufen werd door →Filips van Zwaben beloond met de abdij van Nijvel en de steden Maastricht en Nijmegen (1204). Aangezien de voorspoed van de Brabantse steden geheel afhankelijk was van de handel tussen het Rijnland en de Vlaamse kust, en de belangrijke handelsweg Keulen-Brugge beheerst werd door de bisschop van Luik, leefde Hendrik in voortdurende onmin met deze bisschop. In de Slag bij →Bouvines (1214) stond Hendrik aan de kant van de Engels-Welfse coalitie, maar na de overwinning van Filips August verzoende hij zich onmiddellijk met de Franse koning en kon hij door de eed van trouw af te leggen aan Frederik II van Duitsland zijn rechten op Maastricht behouden. LITT. G.Smets, Henri I (1908).

Hendrik II, hertog van Brabant (1235-48), *1207, ♱l.2.1248; zoon van →Hendrik I. Hij zette zijn vaders politiek voort. Zijn aandacht was vooral gericht op het vorstendom Luik en de politiek van de prins-bisschop. Hendrik maakte gebruik van de voortdurende conflicten tussen de prins-bisschop van Luik en de steden Luik, Hoei, Dinant, SintTruiden, Maastricht en Tongeren, om depositie van de prins-bisschop te ondermijnen door de steden te steunen. Hij zorgde er echter tegelijkertijd voor dat de stedelijke macht gecontroleerd bleef door de bisschop. Hendrik veroverde in 1244 de burcht Dalhem, waarmee Brabant vaste voet kreeg op de rechteroever van de Maas. Hij weigerde de hem aangeboden titel van rooms-koning.

Hendrik III, hertog van Brabant (1248-61), *1231, ♱28.2.1261; zoon van Hendrik n. Hendrik trad op als beschermheer van de Franse letteren en kunstenaars. Hij heeft een klein aantal Franse hoofse gedichten nagelaten.

LITT. A.Henry, Loeuvre lyrique de Henri III, duc de Brabant (1948).

CASTILIË Hendrik II, koning van Castilië (1369—79), *1333 Sevilla, ♱29.5.1379 Santo Domingo de la Calzada; bastaardzoon van Alfons xi en diens maitresse Leonora de Guzman. Na de troonsbestijging van Alfons wettige zoon Peter i de Wrede (1350) zocht Hendrik zijn heil in Aragon en Frankrijk. Met hun financiële steun en met Franse huursoldaten onder leiding van Bertrand Duguesclin viel hij Castilië binnen (1366), maar werd bij Najera verslagen door het Engelse leger onder leiding van Eduard van Woodstock, dat door Peter te hulp was geroepen. Hendriks tweede poging (1369) was succesvol; hij veroverde door list Peters vesting Montiel en doodde hem met eigen hand. Hendrik werd daarop koning en vestigde de dynastie van Trastamare (hij was als kind verheven tot graaf van Trastamare). Hendrik had de strijd o.a. gewonnen door grote concessies aan adel en steden; vooral zijn giften aan de adel hebben de koninklijke macht verzwakt (zijn bijnaam was El de las Mercedes, de mildadige gever).

Hij wist de Castiliaanse macht ten opzichte van het buitenland te verstevigen en voerde in het binnenland belangrijke bestuurshervormingen door, o.a. de omvorming van de cortes tot een permanent orgaan door de Ordonnanties van Toro (1371). Hendrik Il, koning van Castilië (1390-1406), *4.10. 1379 Burgos, ♱25.12.1406 Toledo; zoon van Johan I. In 1390 volgde hij zijn vader op als koning van Castilië, aanvankelijk onder regentschap. In 1393 verklaarde Hendrik zichzelf meerderjarig en wist verrassend snel de orde te herstellen. Met behulp van de opkomende steden vestigde hij een absolutistisch bewind. Onder zijn regering begon ook de Castiliaanse expansie overzee: in opdracht van Castilië veroverden Fransen onder leiding van Jean de Béthencourt de Canarische Eilanden (1404). Hendrik IV, koning van Castilië (1454-74), *25.1. 1425 Valladolid, ♱ 11.12.1474 Madrid; zoon en opvolger van Johan ii van Castilië. Hendrik was een uiterst zwakke figuur, al werd onder zijnbewind Gibraltar veroverd (1462).

Hij werd in 1465 door adel en geestelijkheid symbolisch en in 1468 werkelijk afgezet ten voordele van zijn jongere broer Alfons, die echter hetzelfde jaar stierf. Hendrik kwam weer op de troon en erkende zijn zuster Isabella als troonopvolgster. Haar huwelijk met Ferdinand van Aragon (1469) leidde tot een burgeroorlog, waarin Hendrik stierf.

DUITSLAND Hendrik I de Vogelaar, koning van Duitsland (919— 936), *ca.876, ♱2.7.936 Memleben; zoon en opvolger van hertog Otto van Saksen. Hendrik werd in 919 op advies van zijn voorganger koning Koenraad I te Fritzlar tot koning gekozen door de Franken en Saksen. Hij versterkte zijn gezag ten opzichte van de andere hertogen en versloeg de Denen, Hongaren en verschillende Slavische stammen. In 925 bracht hij geheel Lotharingen terug binnen het oude Oostfrankische Rijk. Hij ondernam plundertochten ten oosten van de Elbe (927-929) en stichtte de markgraafschappen Brandenburg en Sleeswijk. Hij regelde voor zijn dood de opvolging van zijn zoon Otto, die door alle Duitse stammen werd erkend.

LITT. H.Heimpel, Bemerkungen zur Gesch. Heinrichs I. (1937); H.Elstermann, Königtum und Stammesherzogtum unter Heinrich I. (diss. 1939); H. Büttner, Heinrich I. (1964).

Hendrik II de Heilige, koning van Duitsland, keizer van het Heilige Roomse Rijk (1002-24), *6.5.973 Abbach, ♱ 13.7.1024 Grona. Hendrik was hertog van Beieren en de laatste keizer uit de Saksische dynastie. Hendrik vond het rijk na de dood van Otto ii i in een vrij benarde positie. Evenals zijn voorgangers steunde hij vooral op de geestelijkheid. Hij handhaafde ten volle het Ottoonse systeem van de Rijkskerk, zowel bij de ontwikkeling van de Kerk als bij het betrekken van de bisschoppen in het bestuur van het rijk. Hij had te kampen met opstandige leenmannen en met Boleslaw i van Polen.

Hij steunde paus Benedictus vin. Met succes streed hij in Zuid-Italië tegen de Byzantijnen en wist er zijn keizerlijke macht te doen gelden. Hendrik stichtte in 1007 het bisdom Bamberg. Hij werd in 1146 door paus Eugenius in heiligverklaard. Feestdag: 15 juli. LITT. L.Mikoletzky, Heinrich II. und die Kirche (1964); T.Schieffer, König Heinrich II. und Konrad IIi. (1951).

Hendrik IIl, koning van Duitsland, keizer van het Heilige Roomse Rijk (1039-56), *29.10.1017 Oosterbeek, ♱5.10.1056 kasteel Bodfeld (Harz). Hendrik werd in 1027 hertog van Beieren, in 1038 van Zwaben. Hij versterkte de positie van de hoge geestelijkheid in het bestuur (hetgeen zijn opvolgers in de →Investituurstrijd noodlottig zou worden). Hij zette herhaaldelijk de pauskeuze naar zijn hand, steunde de beweging van Cluny, onderwierp Bretislaw i van Bohemen en Godfried met de Baard van Lotharingen en vestigde zijn leenhoogheid over Hongarije. Tegen de veten en het geweld van de adel in steunde hij vanaf 1043 de zich vanuit Bourgondië verspreidende beweging van de →godsvrede. LITT.

P.Kehr, Vier Kapitel aus der Gesch. Heinrichs lIl. (1930); E.Muller, Das Intinerar Kaiser Heinrichs in. (1965).

Hendrik IV, koning van Duitsland, keizer van het Heilige Roomse Rijk (1056-1105), *11.11.1050, ♱7.8.1106 Luik; zoon van Hendrik lil en Agnes van Poitou. Tot 1062 was zijn moeder regentes. Hendrik begon, toen hij zelf aan de macht kwam, steunende op de ministeriales, een straffe centraliseringspolitiek door te voeren, waardoor in Saksen opstanden uitbraken. Kort nadat deze onderdrukt waren, begon de →Investituurstrijd met de kerk, waarin zijn grote tegenspeler paus Gregorius VII was. Na zijn excommunicatie onderwierp Hendrik zich in →Canossa aan de paus; in 1084 veroverde hij echter Rome en liet hij zich tot keizer kronen. Hendrik kon de strijd niet tot een beslissend einde brengen en kreeg te kampen met opstanden van zijn zonen Koenraad en Hendrik.

De laatste nam hem gevangen en dwong hem tot abdicatie (dec. 1105). Twee maanden later ontsnapte Hendrik en probeerde zijn kroon te heroveren, maar stierf tijdens de militaire voorbereidingen. Tegen de toenmalige ontwikkelingen in heeft hij getracht de voorrang van de geestelijke macht op de wereldlijke tegen te houden.

LITT. B.Schmeidler, Heinrich IV. und seineHelfer im Investiturstreit (1927); H.F.Haefele, Fortuna Henrici IV imperatoris (1954); W.von den Steinen, Canossa, Heinrich IV. und die Kirche (1957); F.J. Schmale en I.Schmale-Ott (red.), Quellen zur Gesch. Kaiser Heinrichs IV. (1963).

Hendrik V, koning van Duitsland, keizer van het Heilige Roomse Rijk (1106-25), *8.1.1081, ♱23.5.1125 Utrecht; zoon van Hendrik iv. Hendrik werd in 1098 tot rooms-koning gekozen, kwam in 1104 in opstand tegen zijn vader en volgde deze op. Hoewel Hendrik in de Investituurstrijd meer tot een compromis geneigd was dan zijn vader, zette hij de strijd voort tot in 1122 het Concordaat van Worms (t→Worms, Concordaat van) werd gesloten. Met hem stierf het Salische (Frankische) Huis uit. LITT. F.Hausmann, ReichskanzleiundHofkapelle unter Heinrichv. und Konrad III. (1956); A.Waas, Heinrich V. (1967).

Hendrik VI, koning van Duitsland, keizer van het Heilige Roomse Rijk (1190-97), *nov. 1165 Nijmegen, ♱28.9.1197 Messina; zoon en opvolger van Frederik I Barbarossa. Hendrik werd reeds op vierjarige leeftijd rooms-koning. In 1186 werd hij tot koning van Lombardije gekroond. Door zijn huwelijk met Constance, dochter van Willem II, koning van het Zuiditaliaanse Noormannenrijk, werd Hendrik na Willems dood (1189) diens opvolger. Met Hendrik VI bereikten de Hohenstaufen het toppunt van hun macht. Het lukte hem echter niet het Duitse koningschap, de keizerskroon en de heerschappij over Zuid-Italië erfelijk aan de Hohenstaufen te verzekeren.

LITT. J.Haller, Heinrich VI. (1915); E.Perels, Das Erbreichsplan Heinrichs VI. (1927).

Hendrik VII, 1211 koning van Duitsland (1220-35), *12. 2.1211 Sicilië, ♱ 12.2.1242 Martirano (Sicilië); zoon van keizer Frederik ii. Zijn vader liet Hendrik in resp. 1212 en 1220 tot Siciliaans en Duits koning kronen. Toen hij in Duitsland zelfstandig begon te regeren, steunde hij vooral op de ministeriales, de burgers en de steden. Hiertegen kwamen de Duitse rijksvorsten in verzet en dwongen hem in 1231 tot concessies. Doordat Hendrik zijn eigen politiek trachtte door te zetten, kwam hij in openlijk conflict met zijn vader en met de hoge adel. In 1234 verbond Hendrik zich met de anti-keizerlijke steden van Noord-Italië tegen zijn vader, die hem overwon. Hendrik wilde zich niet onderwerpen, werd gevangengenomen (1235) en overleed in gevangenschap (1242).

LITT. E.Franzel, Heinrich VII. (1929); W.Hotz, König und Verschwörer (1940).

Hendrik VII, 1262 koning van Duitsland, keizer van het Heilige Roomse Rijk (1308—13), *ca.l262, ♱24.8. 1313 bij Siena; zoon van graaf Hendrik in van Luxemburg. Hendrik trok in 1310 naar Italië om daar de keizerlijke macht te herstellen. Hij werd er door Dante en de Ghibellijnen enthousiast ontvangen, maar slaagde er niet in duurzame successen te behalen op de →Guelfen. In 1311 verkreeg hij het koninkrijk Bohemen voor zijn zoon Johan.

LiTT. F.Schneider, Heinrich vu. (3 dln 1924-28); F.Schneider, Heinrich VII., Dantes Kaiser (1940); W.M.Bowsky, Henry VII in Italy (1960).

ENGELAND Hendrik I Beauclerc, koning van Engeland (1100— 35), *1068, ♱1 -12.1135 Lyons-la-Forêt (Normandië); jongste zoon van → Willem de Veroveraar. Hendrik erfde bij de dood van zijn vader in 1087 slechts enkele kleine bezittingen, o.a. de stad Avranches. Na de dood van zijn broer, Willem II Rufus, maakte Hendrik zich meester van de Engelse kroon, hierbij geholpen door de omstandigheid dat zijn oudste broer, Robert van Normandië, op kruistocht was. Na Robert bij Tinchebrai verslagen te hebben (1106), volgde Hendrik hem ook op als hertog van Normandië. Dit bracht hem in conflict met de Franse koning, die echter na een lange strijd Hendriks rechten op het vasteland volledig moest erkennen (1120). In hetzelfde jaar verdronk zijn enige zoon Willem.

Sindsdien trachtte Hendrik zijn opvolging veilig te stellen voor zijn dochter Mathilde, die van 1114-25 gehuwd was met de Duitse keizer Hendrik v en in 1127 uitgehuwelijkt werd aan Godfried Plantagenet, hertog van Anjou. Hendrik wist zijn onderdanen te verzoenen met de Normandische heerschappij over Engeland. In 1107 sloot hij met aartsbisschop Anselmus van Canterbury een concordaat, dat de betrekkingen met de kerk normaliseerde en waardoor Engeland een langdurige investituurstrijd bespaard bleef.

LITT. N.F.Cantor, Church, kingship and lay investiture in England (1958); C.Brooke, The Saxon and Norman kings (1967).

Hendrik II Plantagenet, koning van Engeland (115489), *5.3.1133 Le Mans, ♱6.7.1189 Chinon; oudste zoon van Godfried Plantagenet, hertog van Anjou, en Mathilde, dochter van Hendrik I. Na de dood van Hendrik I maakte Stephen van Blois zich meester van de troon, die voor Hendriks moeder bestemd was. Zij weigerde echter afstand te doen van haar rechten, zodat een machtsstrijd ontstond tussen Hendriks ouders en Stephen. Hierbij veroverde Godfried het hertogdom Normandië, dat hij in 1150 aan Hendrik schonk. In 1151 erfde Hendrik het graafschap Anjou en in 1152 verwierf hij door zijn huwelijk met →Eleonora van Aquitanië geheel Zuidwest-Frankrijk. Daarmee werd hij een van de sterkste vazallen in Frankrijk en was hij in feite machtiger dan de Franse koning.

In 1153 deed hij een inval in Engeland, dwong Stephen erkenning af van zijn rechten op de Engelse troon en volgde hem op na diens dood in 1154. Daarmee kwam een einde aan een lange periode van anarchie. Hendrik trad streng op tegen zijn opstandige leenmannen en trachtte zich van hen militair onafhankelijk te maken door invoering van het zgn. schildgeld. Hij centraliseerde het bestuur en reorganiseerde de rechtspraak, o.a. door uitbreiding van het aantal reizende rechtbanken. In de →Clarendon-artikelen trachtte hij de geestelijkheid onder zijn gezag te brengen, waardoor hij in conflict raakte met →Thomas Becket. Van 1170—73 veroverde Hendrik een groot deel van Ierland en voegde het bij de kroonbezittingen. Daarna had hij vooral te kampen met opstandige bewegingen in zijn Franse bezittingen, veelal op touw gezet door zijn vier zoons, waaronder zijn opvolgers Richard Leeuwenhart en Jan zonder Land.

LITT. L.F.Salzman, Henry n (1917); J.Boussard, Le gouvernement de Henri II Plantagenet (1956); J.T.Appleby, Henry II (1962); R.Barber, Henry Plantagenet (1964); W.L.Warren, Henry II (2e dr. 1977).

Hendrik III Plantagenet, koning van Engeland (1216-72), *1.10.1207 Winchester, ♱16.11.1272 Westminster; oudste zoon en opvolger van Jan zonder Land. Slechts met de steun van paus Honorius III kon Hendriks troon definitief bevestigd worden tegen de aanspraken in van de Franse kroonprins, de latere Lodewijk vin. Sindsdien begunstigde Hendrik steeds de pauselijke en kerkelijke invloed in Engeland. Tijdens Hendriks minderjarigheid (1216—27) werd de regering geleid door Peter des Roches, bisschop van Winchester. Hendriks begunstiging van de Kerk en zijn voorkeur voor buitenlandse raadgevers (vooral Franse) maakten hem weinig populair. Bovendien bleven zijn dure buitenlandse veldtochten, gericht op herovering van de door zijn vader verloren Franse bezittingen, vrijwel zonder resultaat.

Na een nieuw mislukt avontuur kwamen de Engelse baronnen in opstand (1254) en dwongen hem de Oxford Provisions af, waardoor hij aanzienlijke adellijke controle op zijn bewind moest toestaan. Tegenacties in 1261 met behulp van de paus leidden tot een burgeroorlog met Simon van Montfort als voornaamste tegenstander van de koning. Montfort werd na een aantal overwinningen uiteindelijk door Hendriks oudste zoon, de latere Eduard I, in 1265 verslagen en gedood. Het koninklijk gezag werd hersteld, maar de feitelijke macht berustte sindsdien bij Eduard.

LITT. F.M.Powicke, Henry m and the lord Edward (2 dln. 1947).

Hendrik IV Bolingbroke, koning van Engeland (1399-1413), *3.4.1367 Bolingbroke, ♱20.3.1413 Westminster; oudste zoon van Jan van Gent, hertog van Lancaster, kleinzoon van Eduard III. Reeds op jonge leeftijd nam Hendrik deel aan kruistochten tegen de heidense Pruisen. In 1398 werd hij door zijn neef, koning Richard II, verbannen en zijn bezittingen werden in beslag genomen. Na de dood van zijn vader deed hij een succesvolle inval in Engeland en dwong Richard tot aftreden. Hij werd de eerste koning uit het Huis Lancaster en liet als eerste regeringsdaad Richard doden (1400). Zijn regering werd gekenmerkt door de oorlog met de Schotten, die hij bedwong door koning Jacobus i gevangen te nemen (1406), door een opstand in Wales onder leiding van Owen Glendower, en door allerlei komplotten, geleid door edelen (vooral de Percys) of verwanten (vooral de Beauforts). Tenslotte had hij eveneens te kampen met revolutionaire godsdienstige bewegingen, zoals de →LoIlarden, die hij met kracht onderdrukte.

LITT. J.Wylie, Hist. of England under Henry IV (4 dln. 1884-98); J.D.Davies, King Henry IV (1935).

Hendrik V, koning van Engeland (1413-22), *1387 Monmouth, ♱31.8.1422 Vincennes; oudste zoon en opvolger van Hendrik iv. Hendrik trad van meet af aan meedogenloos op tegen binnenlandse opstanden van zowel de Lollarden (1414) als de adel (1415). Vervolgens richtte hij zich op de verovering van Frankrijk. In de Slag bij Azincourt (25.10.1415) behaalde hij een grote overwinning. Zijn daarop volgende overwinningen in Normandië en zijn verbond met de Bourgondische hertog Filips de Goede leidden ertoe dat Hendrik in Frankrijk een overheersende positie in kon nemen. Bij het Verdrag van Troyes (1420) was de Franse koning Karel VI verplicht zijn dochter Catharina aan Hendrik uit te huwelijken en de kroonprins Karel (VII) te onterven ten voordele van Hendrik. Samen met Filips de Goede oefende hij reeds het feitelijke bewind over Frankrijk uit, maar kort daarop werd hij plotseling ziek en overleed.

LITT. J.H.Wylie, The reign of Henry v (3 dln. 1914-29); E.F.Jacob, Henry v and the invasion of France (1947); H.F.Hutchinson, Henry v (1967); M.W.Labarge, Henry v (1975).

Hendrik VI, koning van Engeland (1422—61, 1470— 71), *6.12.1421 Windsor, ♱(verm.) 20.5.1471 Londen; zoon van Hendrik v en Catharina van Valois, dochter van de Franse koning Karel VI. In 1422 volgde de pasgeboren Hendrik VI zijn vader op als koning van Engeland, onder regentschap van Humphrey van →Gloucester; in okt. 1422 werd hij na de dood van zijn grootvader Karel VI tevens koning van Frankrijk, onder regentschap van zijn oom John Plantagenet, hertog van →Bedford. Door de dood van Bedford (1435) en het wegvallen van de Bourgondische steun aan Engeland, keerde het getij voor de Fransen tijdens de Honderdjarige Oorlog. In 1445 bracht Hendriks gunsteling, Suffolk, een huwelijk tot stand met Margareta van Anjou, nicht van Karel VII, die haar echtgenoot weldra geheel domineerde. Mede door de nederlagen, die in 1453 leidden tot het verlies van alle Engelse bezittingen in Frankrijk behalve Calais, en het einde van de Honderdjarige Oorlog, groeide het ongenoegen in Engeland. In 1450 werd Suffolk vermoord en brak in Kent een volksopstand uit onder leiding van Jack →Cade.

Instigator van het verzet was Richard, hertog van York, die tot de aanval overging nadat Hendrik in 1453 krankzinnig was geworden. Sindsdien betwistten Richard en Margareta elkaar de troon, hetgeen leidde tot de →-Rozenoorlogen. Richard sneuvelde in 1460, maar zijn zoon Eduard (IV) behaalde in 1461 een grote overwinning bij Towton en riep zichzelf tot koning uit. Hendrik was nog slechts een speelbal tussen de strijdende partijen: gevangen in 1460, bevrijd in 1461, opnieuw gevangen in 1465. In 1470 werd hij door Warwick nog eenmaal op de troon gezet, maar spoedig weer door Eduard in de Tower opgesloten en vermoord. LiTT. M.E.Christie, Henry VI (1922); E.F.Jacob, The fifteenth century (1961).

Hendrik VII Tudor, koning van Engeland (1485 — 1509), *28.1.1457 Pembroke, ♱22.4.1509 Richmond; zoon van Edmund Tudor, graaf van Richmond, en Margareta Beaufort. Met de dood van Hendrik vi (1471) werd Hendrik van Richmond de enig overgebleven mannelijke telg (via zijn moeder) van het Huis Lancaster. Zijn positie als troonpretendent was echter zwak en hij moest naar Bretagne vluchten. De usurpatie van →-Richard i n (1483-85) bracht een scheuring teweeg in de partij van de Yorkists, de grote tegenstanders van de Lancasters. Hendrik verbond zich met een deel van hen tegen Richard, viel Wales binnen en versloeg Richard en zijn aanhangers in de Slag bij Bosworth (22.8.1485); Richard sneuvelde in de slag. Hendrik liet zich op 30.10.1485 tot koning kronen en verkreeg in nov. instemming van het parlement.

Om zijn positie en de coalitie met de groep Yorkists te verstevigen huwde hij in 1486 met Elisabeth van York, oudste dochter van →Eduard IV (1461-83) van Engeland. Toch moest hij zijn positie verdedigen tijdens twee grote opstanden: de eerste in 1487 onder leiding van Lambert Simnel (die zich uitgaf voor een neef van Richard in), de tweede in 1491 geleid door Perkin →Warbeck. Pas na de gevangenneming van de graaf van Suffolk in 1506 was Hendriks positie verzekerd. Met betrekking tot de buitenlandse politiek kende Engeland tijdens de regering van Hendrik een relatief vreedzame periode. Hendrik sloot in 1492 op gunstige voorwaarden vrede met Frankrijk (na een strijd om het bezit van Bretagne). Met Schotland werd in 1499 vrede gesloten, bezegeld door het huwelijk van Jacobus IV met Hendriks dochter Margareta, terwijl zijn zoon Arthur (♱1502) in 1501 Catharina van Aragon huwde, hetgeen het prestige van de Tudor-dynastie sterk deed toenemen.

De belangrijke rol die Engeland in economisch opzicht voor de Nederlanden vervulde, stelde Hendrik in staat een vredesverdrag en een voor beide staten voordelig handelsverdrag te sluiten (→Magnus Intercursus). Verdere handelsovereenkomsten werden gesloten met Spanje, Florence en Denemarken. In binnenlands opzicht werd Hendriks regering gekenmerkt door een toenemende macht van het koningschap, deels begunstigd door verzwakking van de adel ingevolge de door Hendrik beëindigde →Rozenoorlogen, deels door opbloei van de handel. Hendrik streefde ernaar zich door meer inkomsten de nodige onafhankelijkheid van het parlement te verschaffen. Hij bereikte dit door zuinigheid, het vermijden van dure oorlogen, het bevorderen van efficiëntie en door het verhogen van zijn inkomsten uit de belastingen.

LiTT. A.Pollard (red.), The reign of Henry VII from contemporary sources (3 dln. 1913-14); K. Pickthorn, Henry vu (1949); G.R.Elton, England under the Tudors (1955); R.L.Storey, The reign of Henry VII (1968); S.B. Chrimes, Henry VII (2e dr. 1977).

Hendrik VIII Tudor, koning van Engeland (1509— 47), *28.6.1491 Greenwich, ♱28.1.1547 Londen; tweede zoon van Hendrik vu en Elisabeth van York. Hendrik huwde kort na zijn troonsbestijging Catharina van Aragon, de weduwe van zijn broer Arthur. Sterk beïnvloed door de Italiaanse renaissance, nam hij de Italiaanse vorsten als voorbeeld: hij bevorderde kunsten en wetenschappen en streefde tegelijkertijd naar vorstelijk absolutisme. De jaren 1515-27 werden vooral gekenmerkt door de grote invloed van kardinaal →Wolsey. De hoge kosten van Hendriks beleid, o.a. vanwege zijn dure, maar vrij zinloze expedities in het buitenland, maakten kanselier Wolsey echter weinig populair. In de buitenlandse politiek inaugureerde Hendrik de Engelse idee van het politieke evenwicht op het continent, reden waarom hij afwisselend de Habsburgers Maximiliaan en Karel v, en de Franse koningen Lodewijk XII en Frans I steunde, dan wel de tegenpartij zijn steun onthield.

In 1527 raakte Hendrik in conflict met de Rooms-Katholieke Kerk, toen hij zijn huwelijk met Catharina, die hem slechts een dochter schonk (Maria), ontbonden wenste te zien. Wolsey slaagde er niet in toestemming van de paus te verkrijgen en werd af gezet (1529); hij werd opgevolgd door Thomas →More, die reeds lange tijd raadgever van Hendrik was. More was echter tegenstander van een scheiding. Er ontstond tussen hem en het parlement, samengeroepen in nov. 1529, een ernstig conflict. Het parlement, waarin hoge en lage adel evenals de handelskringen vertegenwoordigd waren, verzette zich tegen Mores politiek, waarbij de kerkelijke privileges versterkt en uitgebreid werden. More werd door de koning in 1532 uitgeschakeld en als kanselier opgevolgd door Thomas →Cromwell.

Met de steun van Cromwell wist Hendrik zijn scheiding door te zetten: in jan. 1533 huwde hij Anna Boleyn. Dit betekende een openlijke breuk met de kerk. Thomas →Cranmer werd aartsbisschop van Canterbury en Hendrik werd door de Act of Supremacy (1534) formeel het hoofd van de nieuwe →Anglicaanse Kerk. Excommunicatie door de paus werd genegeerd, Hendriks leiderschap van de nieuwe kerk consolideerde zijn positie als vrijwel absoluut vorst; aangezien Hendrik nooit een voorstander van de Reformatie was geweest, handhaafde hij de belangrijkste elementen van het rooms-katholicisme. Tijdens Cromwells regering (1532-40) werden een aantal belangrijke hervormingen doorgevoerd: nieuwe belastingen op de clerus werden ingesteld en alle bezittingen van de kloosters, die tussen 1536— 40 opgeheven werden, vielen toe aan de kroon.

Daarnaast werd echter de koning expliciet ondergeschikt gesteld aan de wet en de wetgevende bevoegdheid van het parlement. Hendrik wist echter het parlement te bespelen en zijn positie als autocratisch vorst leek zich alleen maar te versterken, m.n. door een groot aantal executies van tegenstanders, o.a. More.

Hendrik liet Anna Boleyn in 1536 op beschuldiging van overspel ter dood veroordelen. Hij huwde kort daarna Jane Seymour, die na de geboorte van de latere Eduard vi in het kraambed stierf (1537). Op voorstel van Cromwell huwde hij vervolgens om politieke redenen Anna van Kleef, die echter minder aantrekkelijk bleek te zijn dan hij verwacht had, zodat hij zich spoedig van haar liet scheiden. Dit betekende Cromwells val; in 1540 werd hij onthoofd. Hendrik huwde in 1540 Catharina Howard, die haar losbandige levenswijze ook als koningin voortzette en daarom in 1542 ter dood gebracht werd. In 1543 huwde Hendrik tenslotte Catharina Parr, die hem zou overleven.

Na de val van Cromwell trachtte Hendrik de toenemende strijd tussen de religieuze facties tegen te gaan. Een oorlog met Schotland en Frankrijk (1542-46) was een financieel debacle; de Engelse munt moest gedevalueerd worden, hetgeen snelle inflatie met zich meebracht. Hendrik stierf zonder de noodzakelijke toebereidselen gemaakt te hebben voor zijn opvolging.

LiTT. A.F.Pollard, Henry vin (1902; herdr. 1966); A.F.Pollard, Wolsey (1929; herdr. 1965); A.

Dickens, The English reformation (1964); J.J. Scarisbrick, Henry vin (1968, 2e dr. 1976); G.R. Elton, Policy and police (1972).

FRANKRIJK Hendrik I, koning van Frankrijk (1031-60), *ca. 1006, ♱1060 Vitry-aux-Loges; zoon, mederegent (1027—31) en opvolger van Robert n. In een reeks van oorlogen tegen de leenadel, onder wie vooral de graven van Anjou en Champagne en de hertog van Normandië, wist Hendrik een begin van herstel der Capetingische koningsmacht te bereiken, hoewel hij tegen de Normandische hertog →Willem de Veroveraar niet was opgewassen.

LiTT. J.Dhondt, Une crise du pouvoir capétien (1967).

Hendrik II, koning van Frankrijk (1547—59), *31.3. 1519 Saint-Germain-en-Laye, ♱lO.7.1559 Parijs; zoon en opvolger van Frans I; gehuwd (1533) met Catharina de Medici, die hem tien kinderen schonk. Hendrik zette de buitenlandse politiek van zijn vader, de strijd tegen de omsingelende macht der Habsburgers, voort. In de binnenlandse politiek liet hij zich dikwijls leiden door de inzichten van zijn twintig jaar oudere minnares, Diane de Poitiers, die met de opperrijksmaarschalk De Montmorency tot zijn voornaamste adviseurs behoorde. Als tegenzet tegen de Engels-Spaanse verbintenis, belichaamd in het huwelijk tussen Filips II en Maria Tudor, liet Hendrik zijn zoon Frans (II) huwen met Maria Stuart. Hierdoor wonnen de De Guises, van wie Maria een nicht was, sterk aan invloed. In zijn strijd met keizer Karel V veroverde Hendrik Metz, Toul en Verdun, terwijl Frans de Guise de Engelsen Calais ontnam, welke steden Hendrik bij de Vrede van Cateau-Cambrésis (1559) kon behouden.

Bij deze vrede werd ook bepaald dat zijn oudste dochter Elisabeth zou trouwen met Filips II. Tijdens de huwelijksvoorbereidingen kwam Hendrik in een toernooi om het leven.

LiTT. H.Noëll, Henri II et la naissance de la société moderne (1944).

Hendrik III, koning van Frankrijk (1574—89,), *19. 7.1551 Fontainebleau, ♱ (verm.) 2.8.1589 SaintCloud; derde zoon van Hendrik II en Catharina de Medici. Hendrik was tijdens de regering van zijn broer Karel ix opperbevelhebber van het leger. In 1573 werd hij koning van Polen, maar hij verliet dit land heimelijk (1574), toen door de dood van zijn broer de Franse troon vakant kwam. Hij leidde een decadent leven, waarbij hij zich omringde met fatten (de zgn. mignons), en had weinig aandacht voor zijn koninklijke plichten. In de godsdienstoorlogen had Hendrik weinig succes en hij moest bij de Vrede van Bergerac (1577) godsdienstvrijheid toestaan. Zijn huwelijk met Louise van Lotharingen bleef kinderloos.

Toen zijn broer Frans van Anjou stierf (1584), werd de hugenoot Hendrik van Navarra vermoedelijk troonopvolger, hetgeen katholieke agitatie onder leiding van Hendrik de Guise tot gevolg had. De Guise begon een pro-Spaanse politiek te propageren, waartegen Hendrik onvoldoende optrad. Hieruit resulteerde de zgn. Drie-Hendrikken-Oorlog (Hendrik III, Hendrik de Guise en Hendrik van Navarra), een herleving van de godsdienststrijd, waarin de rooms-katholieken Parijs beheersten. Om zijn macht te herstellen, liet Hendrik zijn rivaal De Guise vermoorden (dec. 1588) en verzoende zich vervolgens met Hendrik van Navarra. Tijdens de poging Parijs te hernemen, werd Hendrik door de dominicaan Clément doodgestoken.

LITT. P.Champion, Henri III (4dln. 1941-51); G. Robin, L’énigme sexuelle d’Henri III (1964). Hendrik IV, koning van Frankrijk (1589-1610), *13. 12.1553 Pau, ♱(verm.) 14.5.1610 Parijs; zoon van Antoine, hertog van Bourbon, en Jeanne d’Albret, vanaf 1555 koningin van Navarra. Hendrik onderscheidde zich tijdens de godsdienstoorlogen als leider van de hugenoten. In 1572 huwde hij Margareta van Valois, zuster van Hendrik in. Op zijn huwelijksdag vond het bloedbad van de →Bartholomeusnacht plaats, waaraan Hendrik kon ontkomen door zijn protestantse gezindheid af te zweren.

Aangezien men hem niet vertrouwde, werd hij in Parijs aan het hof geïnterneerd; hij kon pas in 1576 ontsnappen, waarna hij zich aan het hoofd van de hugenoten stelde. Na de dood van zijn zwager Frans van Anjou (1584) kreeg Hendrik aanspraken op de Franse troon. Na de dood van Hendrik in (1589) nam hij de koningstitel aan, terwijl de rooms-katholieke Ligue zijn oom Karel van Bourbon tot koning uitriep. De dood van Karel (1590) bracht Filips II van Spanje ertoe aanspraken te maken op de troon ten behoeve van zijn dochter Isabella. In 1593 ging Hendrik nogmaals tot het katholicisme over (Paris vaut bien une messe, Parijs is wel een mis waard), waarop hij in 1594 ook door Parijs als koning werd erkend. Hendrik zette de anti-Spaanse politiek voort, waaraan bij de Vrede van Vervins (1598) een voorlopig einde kwam.

Door zijn gematigd optreden in religieuze tegenstellingen wist Hendrik de godsdienststrijd te beëindigen. Zijn vroegere rooms-katholieke tegenstanders kregen hoge ambten, terwijl de hugenoten in het Edict van Nantes (→Nantes, Edict van; 1598) een groot aantal vrijheden kregen. Tijdens Hendriks bewind werd Frankrijk een echte nationale staat, waarin een begin van welvaart was te bespeuren. Na van zijn vrouw Margareta, bij wie hij geen kinderen had, te zijn gescheiden, huwde Hendrik in 1600 Maria de Medici, moeder van Lodewijk XIII. Daarnaast werd Hendrik vermaard door zijn talloze verhoudingen, o.a. met Gabrielle d’Estrées, Catherine-Henriette de Balzac dEntraygues en Jacqueline de Bueil, bij wie hij ook kinderen had.

LITT. M.Andrieux, Henri IV (1955); M.Reinhard, Henri IV ou la France sauvée (1958); H.Pearson, Henry of Navarra (1963); A.de Lévis-Mirepoix, Henri IV, roi de France et de Navarre (1971); D. Seward, The first Bourbon: Henry IV (1971).

FRIESLAND,GRONINGEN,DRENTHE Hendrik Casimir I, graaf van Nassau-Dietz, stadhouder van Friesland, Groningen en Drenthe (163240), *31.1.1612 Arnhem, ♱12.7.1640 Hulst; zoon van → Ernst Casimir. Hendrik was sinds 1630 kolonel in Staatse dienst, streed tegen de Spanjaarden werd op 4.7.1640 bij Hulst zwaar gewond en bezweek aldaar. Hendrik Casimir II, vorst van Nassau-Dietz, graaf van Katzenelnbogen, Vianden en Spiegelberg, baron van Liesveld enz., stadhouder van Friesland, Groningen en Drenthe (1664-96), *18.1.1657 s-Gravenhage, ♱15.3.1696 Leeuwarden; zoon van Willem Frederik en Albertina Agnes. Hendrik volgde in 1664 zijn vader als stadhouder op, aanvankelijk onder voogdijschap van zijn moeder. Als kolonel der Staatse infanterie werd hij in 1674 gewond in de Slag bij Seneffe. Nadat hij in 1677 zelf de regering aanvaard had, raakte hij in conflict met Willem m, de stadhouder in de andere gewesten, waarbij Hendrik zelfs onderhandelingen met de Fransen aanknoopte. Heinsius, raadspensionaris van Holland, wist in 1694 een verzoening tot stand te brengen.

HESSEN Hendrik I het Kind, landgraaf van Hessen (12651308), *1244, ♱1308; zoon van hertog Hendrik II van Brabant. Hendrik werd in 1292 formeel door koning Adolf van Nassau met Hessen beleend, waardoor hij stamvader werd van de Hessische landgraven.

LATIJNS KEIZERRIJK Hendrik van Vlaanderen (en Henegouwen), Latijns keizer (1206—16), *1174, ♱1216 Konstantinopel; broer van →Boudewijn IX van Vlaanderen en Henegouwen, Latijns keizer. Toen Boudewijn in 1205 door de Bulgaren gevangen werd genomen, nam Hendrik aanvankelijk het regentschap waar en volgde hem in 1206 definitief op. Hij was een der bekwaamste Latijnse keizers. Hij sloot vrede met de Bulgaren, verwierf in 1211 het noordwesten van Klein-Azië en beschermde de Griekse geestelijkheid tegen de Roomse.

LITT. T.Luykx, De graven van Vlaanderen en de kruisvaarten (1947).

LUIK Hendrik III van Gelre (Hendrik van Montfort), prinsbisschop-elect van Luik (1247-74), *1227, ♱na 1281; zoon van Gerard IV van Gelre. Hendrik werd door paus Innocentius iv als prins van Luik aangesteld, maar nooit tot bisschop gewijd. In 1250 raakte hij met de burgers van Luik in conflict over de belastingheffing. Nadat een pauselijk legaat de vrede in 1254 had hersteld, kwam het weldra tot een nieuwe opstand onder Hendrik van Dinant, die echter werd onderdrukt (1255). Hendrik raakte telkens in conflicten verwikkeld, ook door zijn persoonlijk gedrag, zodat hij in 1274 tenslotte door het Concilie van Lyon werd af gezet. Hij vestigde zich in zijn kasteel te Montfort, van waaruit hij nog enige rooftochten naar zijn vroegere bisdom organiseerde.

Hendrik van Verdun, prinsbisschop van Luik (1075— 91), ♱1091. Hendrik werd door keizer Hendrik IV, wiens partij hij doorgaans steunde tijdens de Investituurstrijd, op de troon verheven. Hij kondigde in 1081 voor zijn diocees de →godsvrede af, zodat aan de plundertochten van de feodale heren een eind kwam.

LUXEMBURG Hendrik, prins van Luxemburg, *1955 Luxemburg; tweede kind en oudste zoon van groothertog →Jan van Luxemburg en prinses →Joséphine Charlotte.

NASSAU Hendrik, graaf van Nassau, *15.10.1550 Dillenburg, ♱(gesn.) 14.4.1574 op de Mookerheide; broer van prins Willem van Oranje. Hendrik studeerde te Leuven en Straatsburg. Hij streed in 1569 met zijn broers Willem en Lodewijk aan de zijde van de hugenoten onder Condé in Frankrijk. In 1572 trok hij met Willem naar de Zuidelijke Nederlanden en in 1574 deed hij met zijn broer Lodewijk een inval in de Nederlanden om Leiden te ontzetten. In de Slag op de Mookerheide verloren beiden het leven. Hendrik III van Nassau-Dillenburg en Dietz, *12.1. 1483 Siegen, ♱14.9.1538 Breda; zoon van graaf Jan v van Nassau-Dillenburg. Hendrik kwam in 1499 naar de Nederlanden en erfde in 1504 de bezittingen van zijn kinderloze oom →Engelbrecht II.

In 1511 werd hij door landvoogdes Margareta van Savoye tot bevelhebber aangesteld van het leger dat tegen Gelre streed. Hij nam ook deel aan de strijd in Frankrijk, had in 1513 een groot aandeel in de overwinning bij Guinegate en werd in 1515 stadhouder van Holland en Zeeland en Franche Comté. Hij dwong van 1516—18 de Geldersen tot de ontruiming van Friesland en Utrecht. Van 1519—21 streed hij als opperbevelhebber van de keizerlijke troepen tegen de Fransen. Van 1522—29 verbleef hij met keizer Karel v in Spanje, daarna te Brussel en Breda, waar hij kunst en wetenschap begunstigde (o.a. de schilders Jan van Scorel en Bernaert van Orley).

NEDERLAND Hendrik Willem Frederik, prins der Nederlanden, *13.6.1820 Soestdijk, ♱13.1.1879 Walferdange (Luxemburg); derde zoon van koning Willem II.

Hendrik werd in 1850 stadhouder van Luxemburg. Hij was een groot voorstander van de stoomvaart en trachtte de modernisering van de handelsvloot te bevorderen (vandaar zijn bijnaam de Zeevaarder).

LITT. J.H.Visser, Prins Hendrik de Zeevaarder (1969).

Hendrik Wladimir Albrecht Ernst, prins der Nederlanden, hertog van Mecklenburg-Schwerin, *19.4. 1876 Schwerin, ♱3.7.1934 s-Gravenhage; jongste zoon van Friedrich Franz 11, groothertog van Mecklenburg-Schwerin, en diens derde echtgenote, Marie van Schwarzburg-Rudolstadt. Hendrik werd op 23.1.1901 tot Nederlander genaturaliseerd en huwde op 7.2.1901 met koningin Wilhelmina der Nederlanden, uit welk huwelijk één dochter, (koningin) Juliana, werd geboren. Hij liet zich, zover bekend, niet met staatszaken in.

OOSTENRIJK Hendrik Jasomirgott, markgraaf, sinds 1156 hertog van Oostenrijk (1141-77) en hertog van Beieren (1142-56), 1177 Wenen. Hendrik volgde zijn broer Leopold iv op in Oostenrijk (als Hendrik n) en Hendrik x de Trotse, wiens weduwe hij huwde, in Beieren. Na de dood van zijn vrouw (1143) kon Hendrik zich in Beieren niet handhaven tegenover Hendrik de Leeuw. Na zijn terugkeer van de tweede kruistocht gaf hij op aandrang van keizer Frederik Barbarossa in 1156 zijn rechten op Beieren op. Ondanks deze benadeling bleef hij de keizerlijke politiek steunen. De verheffing van de mark Oostenrijk tot hertogdom betekende enige compensatie.

PORTUGAL Hendrik, graaf van Portugal (1095-1112), ♱1112; zoon van Hendrik van Bourgondië. Hendrik kwam in het gevolg van Constanza, tweede gemalin van Alfons VI van Castilië, naar Spanje, waar hij trouwde met Alfons natuurlijke dochter Teresa. Hij kreeg het graafschap Portugal in leen, dat hij in de strijd met de Moren probeerde te vergroten. Toen Alfons in 1109 stierf, verklaarde Hendrik het graafschap onafhankelijk.

Hendrik de Zeevaarder, Portugese prins, *1394 Oporto, ♱1460 Sagres; vierde zoon van koning Johan I. Hendrik streed onder zijn vader tegen de Moren, verwierf grote roem bij de verovering van Ceuta (1415) en kwam daar in aanraking met kooplieden uit het Nigergebied. Hij stimuleerde de Portugese ontdekkingsreizen langs de Afrikaanse kust door zijn zeevaartschool te Sagres (waar hij tevens een sterrenwacht oprichtte) en door uitgifte van licenties, waaruit hij zelf een belangrijk aandeel in de commerciële winst van de ontdekkers betrok. Portugese zeevaarders bereikten in 1444 Kaap Verde, ontdekten o.a. Madeira, de Azoren en de Kaapverdische Eilanden en exploreerden de Afrikaanse kust tot aan Sierra Leone (1460). Hendrik legde de grondslag voor het Portugese koloniale rijk en neemt een belangrijke plaats in in de geschiedenis van de zeevaart.

LiTT. H.Sanceau, Henry the Navigator (1947); C. Verlinden, Navigateurs, marchands et colons italiens au service de la découverte et de la colonisation portugaise sous Henri le Navigateur (1958); P.d’Estailleur-Chanteraine, Henri le Navigateur (1960); F.Hausler, Heinrich der Seefahrer (1971).

THÜRINGEN kozen. Hij overwon Koenraad, maar overleed kort daarna.

UTRECHT Hendrik II van Beieren, bisschop van Utrecht (1524— 29), *14.2.1487, ♱3.1.1552; zoon van Filips van de Palts. Hendrik raakte, doordat hij en niet een van de andere kandidaten tot bisschop werd gekozen, in conflict met zowel landvoogdes Margareta van Oostenrijk als hertog Karel van Gelre. Hoewel hij in 1524 vrede met de laatste wist te sluiten, ontstond er in 1526 tussen beiden weer een geschil, waardoor Hendrik aansluiting bij keizer Karel v moest zoeken. Utrecht werd daarop door de Geldersen bezet; Maarten van Rossum werd er gouverneur. Hendrik had tenslotte alleen nog maar gezag in Wijk bij Duurstede, Amersfoort en het land van Buren. In 1527 sloot hij met Margareta het Tractaat van Schoonhoven, waarbij Karel v financiële steun verleende en daarvoor alle temporele goederen van het bisdom in onderpand kreeg, in 1528 gevolgd door overdracht van Overijssel en het Nedersticht aan de keizer. Hendrik trad in 1529 af en werd daarna bisschop van Worms en Freising.

Hendrik van Vianden, bisschop van Utrecht (124967), ♱4.6.1267. Hendrik werd in 1249 door paus Innocentius iv tot bisschop benoemd, maar kon zijn ambt pas in 1250 aanvaarden wegens verzet van de Utrechtse geestelijkheid, ridderschap en standen. Hij voerde een krachtig bewind en kreeg met tal van heren in zijn gebied moeilijkheden, o.a. met Gijsbrecht van Aemstel en Herman van Woerden. Tegen hen bouwde hij het kasteel Vreeland. Van 1255-57 voerde hij oorlog met Holland, in welke strijd vele Stichtse edelen aan de kant van Holland stonden. Ook met Gelre voerde hij oorlogen.

LITT. J.Melles, Bisschoppen en bankiers (1962); J. Melles, Hendrik van Vianden (in: Spiegel Historiael, 1968).