vertienvoudigen - regelmatig werkwoord
uitspraak: ver-tien-vou-di-gen
1. tien keer zo hoog maken of worden
♢ in een maand tijd is het geld op zijn spaarrekening vertienvoudigd
Regelmatig werkwoord: ver-tien-vou-di-gen
ik vertienvoudig
jij/u vertienvoudigt
hij/zij vertienvoudigt
wij/zij/jullie vertienvoudigen
ik/jij/u/hij/zij vertienvoudigde
wij/zij/jullie vertienvoudigden
hij is of heeft vertienvoudigd
de/het/een vertienvoudigde ....
vertienvoudigend, vertienvoudigende
Gepubliceerd op 14-11-2017
vertienvoudigen
betekenis & definitie