verdeeldheid - zelfstandig naamwoord
uitspraak: ver-deeld-heid
1. toestand van kwaad zijn op elkaar
♢ na opa's dood ontstond er verdeeldheid over de erfenis
Zelfstandig naamwoord: ver-deeld-heid
de verdeeldheid
Synoniemen
bonje, conflict, geschil, heibel, meningsverschil, onenigheid, ongenoegen, onvrede, ruzie, stront, twist, wrijving
Tegenstellingen
genoegen, harmonie
Gepubliceerd op 14-11-2017
verdeeldheid
betekenis & definitie