Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

uitspoelen

betekenis & definitie

uitspoelen - regelmatig werkwoord
uitspraak: uit-spoe-len

1. schoonmaken door het in water heen en weer te bewegen
je kunt dit wasgoed uitspoelen in de badkuip
2. door spoelen verwijderen
♢ de uitgespoelde modder zit onderin de wasbak
3. door spoelen uithollen
♢ de oevers van de rivier zijn uitgespoeld door het stromende water

Regelmatig werkwoord: uit-spoe-len
ik spoel uit (... ik uitspoel)
jij/u spoelt uit (... jij uitspoelt)
hij/zij spoelt uit (... hij uitspoelt)
wij/zij/jullie spoelen uit (... wij uitspoelen)
ik/jij/u/hij/zij spoelde uit (... ik uitspoelde)
wij/zij/jullie spoelden uit (... wij uitspoelden)
hij heeft uitgespoeld
de/het/een uitgespoelde ....
uitspoelend, uitspoelende

Synoniemen
spoelen

< >