trekvogel - zelfstandig naamwoord
uitspraak: trek-vo-gel
1. vogels die naar een andere streek vliegen als het seizoen verandert
♢ deze trekvogels zijn in de winter altijd in het zuiden
Zelfstandig naamwoord: trek-vo-gel
de trekvogel
de trekvogels
het trekvogeltje
Gepubliceerd op 14-11-2017
trekvogel
betekenis & definitie