Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

trainen

betekenis & definitie

trainen - regelmatig werkwoord
uitspraak: tre-nen

1. oefeningen doen met je lichaam
ze trainde voor de zwemwedstrijden
2. oefeningen laten doen om iemand voor te bereiden op een moeilijke taak
♢ Artsen zonder Grenzen traint mensen in arme landen om zelf zieken te behandelen

Regelmatig werkwoord: tre-nen
ik train
jij/u traint
hij/zij traint
wij/zij/jullie trainen
ik/jij/u/hij/zij trainde
wij/zij/jullie trainden
hij heeft getraind
de/het/een getrainde ....
trainend, trainende