stomheid - zelfstandig naamwoord
uitspraak: stom-heid
1. het dom zijn
♢ het verlies is te wijten aan onze eigen stomheid
1. met stomheid geslagen zijn
[niets meer kunnen zeggen van verbazing]
Zelfstandig naamwoord: stom-heid
de stomheid
de stomheden
het stomheidje
Synoniemen
domheid, stommiteit
Gepubliceerd op 14-11-2017
stomheid
betekenis & definitie