schrijven

betekenis & definitie

schrijven - onregelmatig werkwoord, zelfstandig naamwoord
uitspraak: schrij-ven

1. in letters of cijfers met de hand op papier zetten
♢ ik schrijf het woord op
2. de inhoud bedenken
♢ hij schrijft een boek
3. het laten weten
♢ zij schrijft dat ze komt

1. geschreven boodschap aan iemand
♢ we hebben uw schrijven ontvangen

Onregelmatig werkwoord: schrij-ven
ik schrijf
jij/u schrijft
hij/zij schrijft
wij/zij/jullie schrijven
ik/jij/u/hij/zij schreef
wij/zij/jullie schreven
hij heeft geschreven
de/het/een geschreven ....
schrijvend, schrijvende

Zelfstandig naamwoord: schrij-ven
het schrijven

Synoniemen
brief