schijn - zelfstandig naamwoord
1. dat wat niet echt is, maar er wel zo uitziet
♢ zijn vriendelijkheid is maar schijn
1. het heeft er alle schijn van
[het lijkt erop]
2. de schijn ophouden
[doen alsof er niets aan de hand is]
3. geen schijn van kans hebben
[helemaal geen kans hebben]
4. de schijn tegen hebben
[de omstandigheden doen vermoeden dat hij schuldig is]
Zelfstandig naamwoord: schijn
de schijn
Gepubliceerd op 14-11-2017
schijn
betekenis & definitie