Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

opgaan

betekenis & definitie

opgaan - onregelmatig werkwoord
uitspraak: op-gaan

1. omhoog komen
♢ de zon gaat op in het oosten
2. er zo aandachtig mee bezig zijn dat je alles vergeet
♢ hij gaat helemaal op in zijn computer

Algemene uitdrukkingen:
1. er gaan stemmen op om ....
[sommige mensen zeggen dat ....]
2. dat gaat niet op
[dat klopt niet]
3. hij gaat op voor het examen
[hij gaat examen doen]
Onregelmatig werkwoord: op-gaan
ik ga op (... ik opga)
jij/u gaat op (... jij opgaat)
hij/zij gaat op (... hij opgaat)
wij/zij/jullie gaan op (... wij opgaan)
ik/jij/u/hij/zij ging op (... ik opging)
wij/zij/jullie gingen op (... wij opgingen)
hij is opgegaan
opgaand, opgaande

Synoniemen
bekruipen, opkomen

Tegenstellingen
ondergaan

< >