onverbrekelijk - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: on-ver-bre-ke-lijk
1. niet los te maken
♢ die twee hebben een onverbrekelijke band
Bijvoeglijk naamwoord: on-ver-bre-ke-lijk
de/het onverbrekelijke ...
Synoniemen
onlosmakelijk
Gepubliceerd op 14-11-2017
onverbrekelijk
betekenis & definitie