omleiden

betekenis & definitie

omleiden - regelmatig werkwoord
uitspraak: om-lei-den

1. langs een weg laten gaan die langer is dan de normale weg
♢ we werden omgeleid omdat er een ongeluk gebeurd was

Regelmatig werkwoord: om-lei-den
ik leid om (... ik omleid)
jij/u leidt om (... jij omleidt)
hij/zij leidt om (... hij omleidt)
wij/zij/jullie leiden om (... wij omleiden)
ik/jij/u/hij/zij leidde om (... ik omleidde)
wij/zij/jullie leidden om (... wij omleidden)
hij heeft/is omgeleid
de/het/een omgeleide ....