levendig - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: le-ven-dig
1. waar gevoelens duidelijk uit blijken
♢ Berdina heeft van die levendige ogen
2. beweeglijk, druk en opgewekt
♢ hij zat levendig te praten
3. wat je in de geest voor je ziet
♢ het staat me nog levendig bij hoe hij er toen uitzag
Bijvoeglijk naamwoord: le-ven-dig
... is levendiger dan ...
het levendigst
de/het levendige ...
iets levendigs
Synoniemen
expressief, kleurig, kleurrijk
Tegenstellingen
levenloos
Gepubliceerd op 14-11-2017
levendig
betekenis & definitie