knikken - regelmatig werkwoord
uitspraak: knik-ken
1. hoofd op en neer bewegen om ja te zeggen of te groeten
♢ de leraar knikte dat het goed was
1. hij was zo bang dat zijn knieën knikten
[hij was zo bang dat zijn knieën doorbogen]
Regelmatig werkwoord: knik-ken
ik knik
jij/u knikt
hij/zij knikt
wij/zij/jullie knikken
ik/jij/u/hij/zij knikte
wij/zij/jullie knikten
hij heeft geknikt
de/het/een geknikte ....
knikkend, knikkende
Gepubliceerd op 14-11-2017
knikken
betekenis & definitie