Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

hangen

betekenis & definitie

hangen - onregelmatig werkwoord
uitspraak: han-gen

1. aan een punt boven de grond vastmaken
hij hing het schilderij boven de bank
1. barbertje moet hangen
[hij MOET gestraft worden, ook al heeft hij het niet gedaan]
2. niet rechtop staan of zitten
♢ de bloemen lieten hun kopjes hangen

Algemene uitdrukkingen:
1. met hangen en wurgen
[met heel veel moeite]
Onregelmatig werkwoord: han-gen
ik hang
jij/u hangt
hij/zij hangt
wij/zij/jullie hangen
ik/jij/u/hij/zij hing
wij/zij/jullie hingen
hij heeft gehangen
de/het/een gehangen ....
hangend, hangende

Synoniemen
neerhangen, ophangen