hacken - regelmatig werkwoord
uitspraak: hek-ken
1. inbreken in iemands computer
♢ de computers van de ABN zijn kortgeleden gehackt
1. waar gehackt wordt, vallen spaanders (MS)
[criminele online activiteiten laten altijd sporen na]
Regelmatig werkwoord: hek-ken
ik hack
jij/u hackt
hij/zij hackt
wij/zij/jullie hacken
ik/jij/u/hij/zij hackte
wij/zij/jullie hackten
hij heeft gehackt
de/het/een gehackte ....
Synoniemen
kraken
Gepubliceerd op 14-11-2017
hacken
betekenis & definitie