eiwit - zelfstandig naamwoord
uitspraak: ei-wit
1. het doorzichtige of witte deel van het ei, dat om de dooier heen zit
♢ Herman lust geen eigeel en eet alleen het eiwit op
2. voedingsstof die de bouwstof vormt voor het lichaam
♢ je hebt eiwitten nodig om sterke bloedvaten te krijgen
Zelfstandig naamwoord: ei-wit
het eiwit
de eiwitten
Synoniemen
proteïne
Gepubliceerd op 14-11-2017
eiwit
betekenis & definitie