Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

doop

betekenis & definitie

doop - zelfstandig naamwoord

1. het in de kerk opnemen door water over het hoofd te sprenkelen
♢ de doop is in de katholieke kerk nog een belangrijke plechtigheid
1. iemand ten doop houden
[laten dopen]
2. officiële inzegening
♢ bij de doop van het schip was de eigenaar aanwezig
3. dikachtige saus
♢ we eten vanavond uiendoop

Zelfstandig naamwoord: doop
de doop
de dopen
het doopje