bankpas - zelfstandig naamwoord
uitspraak: bank-pas
1. plastic kaartje waarmee een rekeninghouder van een bank geld kan opnemen of kan betalen
♢ ik betaalde de boodschappen met mijn bankpas
Zelfstandig naamwoord: bank-pas
de bankpas
de bankpassen
het bankpasje
Synoniemen
betaalkaart, betaalpas, pas, pinpas
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk