Wat is de betekenis van bankpas?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bankpas

bankpas - Zelfstandignaamwoord 1. (financieel), (economie) door een bank afgegeven legitimatiebewijs dat in combinatie met een pincode gebruikt kan worden voor elektronisch geldverkeer bij betaal- en geldautomaten Woordherkomst samenstelling van bank en pas

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bankpas

bankpas - zelfstandig naamwoord uitspraak: bank-pas 1. plastic kaartje waarmee een rekeninghouder van een bank geld kan opnemen of kan betalen ♢ ik betaalde de boodschappen met mijn bankpas Zelfstandig naamwoord: bank-pas ...

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)