aftakelen - regelmatig werkwoord
uitspraak: af-ta-ke-len
1. minder gezond of krachtig worden
♢ opa Jimmy is de laatste tijd sterk aan het aftakelen
Regelmatig werkwoord: af-ta-ke-len
ik takel af (... ik aftakel)
jij/u takelt af (... jij aftakelt)
hij/zij takelt af (... hij aftakelt)
wij/zij/jullie takelen af (... wij aftakelen)
ik/jij/u/hij/zij takelde af (... ik aftakelde)
wij/zij/jullie takelden af (... wij aftakelden)
hij is afgetakeld
de/het/een afgetakelde ....
aftakelend, aftakelende
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk