aansteker - zelfstandig naamwoord
uitspraak: aan-ste-ker
1. apparaatje om vuur mee te maken voor een sigaret
♢ hij pakte zijn aansteker en stak een sigaret aan
Zelfstandig naamwoord: aan-ste-ker
de aansteker
de aanstekers
het aanstekertje
Gepubliceerd op 14-11-2017
aansteker
betekenis & definitie