Gepubliceerd op 01-12-2020

seizoensperiodiciteit

betekenis & definitie

jaarlijkse, aan het seizoen gekoppelde veranderingen van verschillende fysische factoren. De seizoensperiodiciteit is voor het plante- en dierenleven van het grootste belang.

Belangrijke factoren zijn b.v. temperatuur en daglengte voor landorganismen in streken met een gematigd klimaat; temperatuur en zoutgehalte voor organismen in zee; regenval in tropische streken. Voorbeelden van periodieke seizoensverschijnselen zijn de vogeltrek en de jaarlijks migratie van zalm en paling; de voorjaarsbloemen in het loofbos; het bladverlies van loofbomen; de jaarlijkse snelle opbouw van insektenpopulaties. De kortstondige periodes van zeer hoge dichtheden van fytoplankton houden verband met de schommelingen in de nitraat- en fosfaatconcentraties in het zoete water; deze bloei heeft dus te maken met de eutrofiëring van de binnenwateren (→ algenbloei).