Gepubliceerd op 01-12-2020

dunning

betekenis & definitie

het uitdunnen, d.w.z. het weghalen van een deel van de bomen in een opstand. Dunning is een belangrijke verzorgingsmaatregel in de bosbouw.

Met dunning wordt de groeiruimte van de bomen in het bos geregeld; daarmee is deze maatregel van grote invloed op de kwaliteit van het te oogsten hout. Er is nl. een nauw verband tussen de groeiruimte van de bomen in het bos en de groei van de bomen zelf. Dunning is doorgaans geen eenmalige ingreep, maar vindt enkele malen plaats. Er zijn verschillende methoden van dunning. De bekendste in Nederland en België zijn de hoog- en de laagdunning. Bij laagdunning blijft het kronendak van het bos gesloten en worden alleen de onderstandige bomen eruitgehaald.

Laagdunning wordt vooral gebruikt bij het telen van massahout. Bij hoogdunning wordt ook ingegrepen in het kronendak, waardoor er meer licht in de opstand kan doordringen. Bij deze methode worden vooral veelbelovende bomen (toekomstbomen) bevoordeeld; op deze wijze teelt men kwaliteitshout.

< >