Wat is de betekenis van chip?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Chip

(Eng.), v. (-s), spaan, splinter; — chips, 1°. diamantafval; 2°. gebakken aardappelen in schilfers; 3°. spanen korfjes voor verzending van aardbeien.

2025-07-17
Orthodontisch woordenboek

Dr. H.J. Remmelink (2022)

Chip

Met behulp van een in een uitneembare beugel ingebouwde electronische chip kan de draagtijd worden geregistreerd. Deze kan door de behandelaar met een apparaat, dat de door de chip geregistreerde draagtijd gegevens uitleest, worden gemeten.

2025-07-17
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

chip

Het begrip chip heeft 3 verschillende betekenissen: 1) computerchip. zeer klein en dun plaatje halfgeleidermateriaal, meestal van silicium, waarop complexe elektronische schakelingen zijn aangebracht; computerchip. Chips zijn in bijna alle elektronische apparaten van enige complexiteit (bv. computers, mobiele telefoons, wasmachines, auto&...

2025-07-17
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

chip

(zelfstandig naamwoord) [alg.] fiche, schijfje; flinter, splinter, schilfer, snipper - Jammer dat er een schilfer is afgebroken van deze vaas; anders was ze ? 3000 waard geweest. [voedsel] flinter, schijfje - Geef de zak banaanschijfjes is door! Ik eet liever aardappelflinters. [ict] microschakeling, flinter - De nieuwste microschakeling he...

2025-07-17
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

chip

1) (1987) (inf.) brein. • De computer heeft een brein, terwijl ons brein juist steeds vaker 'chip' genoemd wordt ('even die chip op nul en lekker onderuit voor de buis'). (Jan Kuitenbrouwer: Turbotaal. Van sociobabble tot Yuppiespeak. 1987) 2) (2016) (voetb.) zie citaat. • Chip. Dit heette vroeger een ‘opwippertje&rsq...

2025-07-17
Afkortingenlijst Vlaanderen

Team taaladvies (2020)

CHIP

Child Identity Protection

2025-07-17
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

chip

chip - Zelfstandignaamwoord 1. (ongebruikelijk) dun laagje koude gefrituurde aardappel (meest gangbaar in het meervoud of als verkleinde vorm) 2. (techniek) een klein stukje halfgeleiderkristal waarop geïntegreerde circuits zijn aangebracht Zonder chips zou het internet er nooit gekomen zijn....

2025-07-17
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

chip

chip - zelfstandig naamwoord uitspraak: tsjip 1. dun gefrituurd schijfje aardappel ♢ wil je een zakje chips bij de limonade? 2. klein plaatje met elektrische schakelingen dat allerlei functies kan hebben ...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-17
Hockey begrippenlijst

Koninklijke Nederlandse Hockeybond (2016)

Chip

Een chip is een korte felle slag, waarbij de bal door de lucht wordt gespeeld. De techniek wordt gebruikt als passtechniek of als scoringstechniek, bv. over een (glijdende) keeper. De bal is ver voor het lichaam. Het stickblad iets open draaien. Met de stick een korte felle slag maken. De bal aan de onderkant raken. De stick niet doorzwaaien, maar...