Lexicon Nederland en België

Liek Mulder (1994)

Gepubliceerd op 02-08-2017

Oud

betekenis & definitie

Oud, Pieter Jacobus, Nederlands jurist en politicus, *5.12.1886 Purmerend, +12.8.1968 Rotterdam. Oud studeerde rechten in Amsterdam; van 1917-1933 was hij secretaris van de → Vrijzinnig Democratische Bond en lid van de Tweede Kamer; van 1933-1937 minister van Financiën.

Hij devalueerde 1936 de gulden door het verlaten van de → gouden standaard. In 1937 werd Oud opnieuw lid van de Tweede Kamer. Van 1938-1952 was hij burgemeester van Rotterdam (1941-1945 door de Duitsers ontslagen). Hij sloot zich in 1946 met de Vrijzinnig Democratische Bond bij de Partij van de Arbeid aan, maar verliet deze partij in 1947, vooral uit onvrede over het Indië-beleid. In januari 1948 kwam een fusie tot stand tussen de groep-Oud en de toenmalige Partij van de Vrijheid van D.U. → Stikker. Het resultaat was de oprichting van de → Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (vvd). Tot 1963 leidde Oud de vvd-fractie in de Tweede Kamer. Van 1952-1957 was hij hoogleraar staats- en administratief recht in Rotterdam.