(eigenl. Thdkur) (18611941), Indisch dichter, filosoof en musicus uit voorname Brahmanenfam., stichtte 1901 op landgoed Sântinikêtan bij Calcutta een soort universiteit, reisde de gehele wereld af voor verkondiging van zijn ideeën van mensenliefde en broederschap, tegen rassenhaat, welke ideeën hij ook in zijn lyrisch (sterk mystisch pantheïstisch), compositorisch (deels op zijn eigen teksten), lyr.-romant. drama's (sterk door Europ. symbolisme beïnvl.) en wijsg. geschriften neerlegde.
Zijn meeste werken zijn in het Bengali geschreven, de meeste Eng. vertalingen ervan zijn van hemzelf. Nobelprijs 1913. Hoofdwerken: Gitanjali (zangoffer), De Hovenier, Gave der Minnenden', drama De Brief aan de Koning', wijsgerig werk The Religion of Man.