Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 08-01-2020

Weg

betekenis & definitie

langgestrekte terreinstrook, bestemd en geschikt voor het verkeer. De oudste w. zijn ontstaan door het gebruik door dit verkeer zelf (voetpaden, karresporen), dat de vegetatie over deze strooken vernietigde en de bovenlaag van den grond min of meer verhardde door samenpersing.

Reeds spoedig evenwel werden speciale kunstmiddelen tot verbetering van het wegdek toegepast en waar de aanwezigheid van goede w. primair een gemeenschapsbelang was, werden deze werken door de overheid ter hand genomen. Het wegennet heeft een sterk samenbindenden invloed op de doorkruiste gebieden; daarom, en om de militaire beteekenis van het wegennet (troepenverplaatsingen) worden de imperialistisch gerichte cultuur-perioden gekenschetst door intensieven wegenbouw (Romeinsche wereldrijk, modern W.-Europa en Amerika).

Speciaal de opkomst van het automobilisme heeft in het jonge verleden geleid tot de geweldige ontwikkeling van het verkeerswegennet over de geheele wereld.Men onderscheidt: ➝ openbare en private wegen. In Nederland mag volgens de huidige bouwverordeningen in het algemeen alleen aan eerstgenoemde worden gebouwd, en mogen verder nieuwe wegen alléén worden aangelegd, wanneer zij in overeenstemming zijn met een van kracht zijnd ➝ uitbreidingsplan.

Men onderscheidt verder: wegen binnen de bebouwde kom, bij intensieve bebouwing gewoonlijk straten genoemd, en de verkeerswegen in engeren zin, welke deze kommen onderling verbinden en naar de mate van hun beteekenis worden gecategoriseerd als primaire, secundaire of tertiaire wegen. De primaire of hoofdwegen verbinden de groote steden onderling en met het buitenland; zij zijn over het algemeen breed (3 of 4 rijbanen voor snelverkeer, waarvan gescheiden rijwielpaden, en eventueel nog afzonderlijke rijbanen voor langzaam verkeer als boerenwagens e.d.), komen in aanmerking voor een naadlooze verharding (cementbeton; zie art. ➝ Wegenbouw), terwijl kruisingen à niveau met andere wegen zooveel mogelijk worden vermeden.

De secundaire w. verbinden de middelgroote steden onderling en met het primaire wegennet, terwijl de tertiaire w. het belangrijkere locale verkeer dienen. Aan hun verharding worden minder hooge eischen gesteld; kruisingen à niveau zijn hier minder bezwaarlijk. Van nog minder beteekenis tenslotte zijn de landwegen, welke slechts dienen voor het landelijke bedrijf: als toegangen tot de landerijen, boerenhoeven en gehuchten Aan hun verharding worden zeer geringe eischen gesteld: op hoogere gronden (zandgrond) volstaat men soms met weinig meer dan een wagenspoor.

Bebouwing rechtstreeks aan al deze buiten de bebouwde kommen gelegen w. wordt in het algemeen ontoelaatbaar geacht (zie art. ➝ Lintbebouwing); alleen boerderijen e.d. worden toegelaten. Zie ook de art. ➝ Verkeer en vervoer; Wegenbouw.

v. Embden.

Belg. recht. In België worden de openbare w. ingedeeld in groote wegen en kleine wegen. Groote w. zijn die, waarvan het beheer rechtstreeks afhangt van het rijk of van de provincie, dus de staatsbanen en de provinciale banen; met hen worden gelijkgesteld de bevaarbare waterloopen, de kanalen, de spoorwegen en de buurtspoorwegen. De kleine w. zijn die, welke gesteld zijn onder het rechtstreeksch beheer van de gemeenten. Zij worden ingedeeld in stadswegen en buurtwegen. De stadswegen omvatten: de straten, de straatjes, de steegjes en andere openbare w. of plaatsen, behoudens de staatsbanen en provinciale banen, die zich bevinden in de steden en in de agglomeraties van landelijke gemeenten met meer dan 2000 inwoners.

De buurt wegen daarentegen zijn alle openbare verkeerswegen, behoudens de staatsbanen, de provinciale banen en gebeurlijk de stadswegen, die de landelijke gemeenten doorkruisen. Men onderscheidt de buurtwegen van groot en van klein verkeer. Buurtwegen van groot verkeer zijn die, welke verschillende gemeenten aan elkaar verbinden en door de Bestendige Deputatie op advies van de betrokken gemeenteraden als dusdanig werden verklaard. Buurtwegen van klein verkeer zijn die, welke behooren tot één enkele gemeente. Rondou.