Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 08-01-2020

Jacob Campo Weyerman

betekenis & definitie

Ned. letterkundige. * 9 Aug. 1677 te Breda, ♰ Maart 1747 te Den Haag. Van twijfelachtige afkomst.

Zwerver, die op verschillende manieren Europa doorkruiste en van de hand in den tand leefde. Rond 1720 begon deze avonturier met de uitgave van tallooze losse blaadjes en voorzag zoo met afzetting en chantage in zijn onderhoud.

Hij overleed in de gevangenis.Werken: o.m. De Rotterdamsche Hermes (1720’21); De Amsterdamsche Hermes (1721-’23); Den Ontleeder der Gebreken (1723-’25); De doorzigtige Heremyt (1730); Den Kluyzenaer in een vrolijk Humeur (1733); Den Talmud (1736); De naakte Waarheyt (1737). Zijn uitvoerigste werk is De Levensbeschr. der Ned. Konstschilders en Konstschilderessen (4 dln. 1729), waarvan het vierde deel een autobiographie bevat.

Lit.: W. P. Sautijn Kluit (in: Nijhoff’s Bijdr., N. R. VII); Knuttel, in: Nw. Ned.

Biogr. Wbk. (II).