Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 15-08-2019

Instructie

betekenis & definitie

1° Paedagog. Terwijl het onderwijs de vorming van het verstand beoogt, bedoelt de instructie de vorming van den wil.

Het eerste is aan bepaalde methoden gebonden, de i. niet. Omdat de wil streeft naar het gekende goed, moet men het zedelijk goede leeren kennen in al zijn schoonheid en aantrekkelijkheid, het kwade in al zijn afstootelijkheid.

Aanleiding daartoe biedt het onderwijs, vooral de catechese en het ongedwongen verkeer van den opvoeder met zijn opvoedelingen. F.

W. Förster was een meester daarin.

De Kath. opvoeding vulde haar aan met de bovennatuurlijke motiveering of uiteenzetting der waarden. Zij is zoowel klassikaal als individueel.

Breedsprakigheid is haar grootste vijand. p. GervasiusLit.: J. Krus, Padag. Grundfr. (Innsbruck 1920); S. Rombouts, Kath. Pedagogiek (III 1934, 278-284).

2° In de Kath. kanselwelsprekendheid verstaat men onder i. een korte toespraak, waarbij, in nauwe aansluiting aan den tekst een gedeelte van den catechismus aan de geloovigen wordt verklaard; aan het einde wordt meestal een toepassing voor de levenspractijk en een opwekking toegevoegd. De stijl der i. moet zeer eenvoudig zijn, levendig en helder. Het doel blijft hoofdzakelijk leering. De i. is van groot belang voor het behoud van geloofskennis en zedenleer. Daarom drong het concilie van Trente zeer op het houden ervan aan. Het provinciaal concilie van Utrecht (1924) schreef, steunend op can. 1345 van den C. I. C., voor Ned. voor, dat op alle Zonen feestdagen in de voornaamste Mis een → homilie, in de andere een i. zou gehouden worden. v. d. Eerenbeemt

Door zijn can. 308-310 legt het Prov. Concilie van Mechelen (1920) voor België hetzelfde op en voegt er aan toe, dat de toespraak zelf het kwartier niet moet overtreffen en dat de stof voor de i. zoo geschikt moet zijn, dat de heele catechismus in een tijdspanne van 6 jaar wordt uitgelegd. Allossery