Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-07-2019

Gevoel

betekenis & definitie

Gevoel - In het gewone spraakgebruik wordt hiermee vaak een kennismoment bedoeld (een voorwerp voelt zacht aan; ik voel honger; voel, dat het waar is). In strikten wetenschappelijken zin beteekent gevoel de subjectieve toestanden, die iemand aangenaam of onaangenaam aandoen (ik voel me gelukkig, ontroerd, voel medelijden); andere termen zijn: affect, emotie, ontroering, gemoedsaandoening, stemming.

Tegenwoordig worden door vele psychologen de gevoelens als een eigen klasse van psychische functies onderscheiden van kennen en begeeren; vóór Rousseau en Kant placht men het voelen met het begeeren of streven in één hoofdcategorie te vereenigen, de „passiones” of hartstochten der Scholastieken. Gevoelens openbaren zich gewoonlijk uitwendig in de zgn. somatische verschijnselen (Gr. sooma = lichaam): sneller kloppen van het hart, van den pols, verbleeken, blozen enz.

Men onderscheidt zinnelijke of elementaire gevoelens, nl. gevoelens van lust of onlust, die onmiddellijk aan een waarneming gebonden zijn (geur van een roos), en hoogere of geestelijke gevoelens, waartoe die van verstandelijken, ethischen, aesthetischen en godsdienstigen aard behooren. De laatste ontstaan uit de verhouding, waarin de mensch zich acht te staan tot God.

Het religieuze gevoel is ten zeerste samengesteld, nl. uit gevoelens van vrees, hoop, liefde enz., terwijl er ook ken- en wilsmomenten in voorkomen.Voor de moraliteit van het gevoelsleven, zie → Hartstocht; voor gevoelsstoornissen, → Sensibiliteit; voor gevoel als zintuig, → Tastzin.

v. d. Veldt.