Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 02-02-2019

Aquarium

betekenis & definitie

Aquarium - ( Lat. aqua = water) (zie platen) is in het eenvoudigste geval een glazen, met water gevulde bak of kom, waarin waterdieren (vooral goudvisschen) levend kunnen worden bewaard. Vooral sedert de vorige eeuw heeft het a. zulk een ontwikkeling gekregen, dat de waarnemer niet alleen het leven en bewegen van een enkele diersoort maar a.h.w. een stukje zoet- of zoutwaterleven te bestudeeren en te bewonderen krijgt. Inrichting van een a. Voor een ruim a. wordt meestal een vierkante bak genomen, waarvan de bodem uit leisteen, de opstaande wanden uit platen van spiegelglas zijn samengesteld, terwijl ter bescherming de buitenranden met ijzerstrooken zijn bekleed. Op den bodem wordt een laag schoongewasschen zand van minstens 3—4vingers hoogte aangebracht.

Hierin worden waterplanten, die vooraf in kleine, met slijk gevulde bloempotjes zijn geplant, zoo geplaatst, dat de randen der potjes met een vingerdikke laag zand zijn bedekt. Men kiest vnl. ondergedoken waterplanten, daar deze aan het water nieuwe zuurstof toevoeren. Wanneer het a. met water is gevuld, worden waterdieren van allerlei soort hierin gebracht, waarbij echter wordt gezorgd, dat roovers worden buitengesloten of in afzonderlijke aquaria worden gehouden. Voor een zoetwater-a. komen in aanmerking: slakken (o.a. de poelslak, de schijfslak, enz.), vsch. waterinsecten, watersalamanders en kikkers, goudvisschen met hun vsch. variaties en andere visschen, die men gewoonlijk in stilstaande wateren aantreft. Het voederen der dieren geschiedt met het in den handel verkrijgbare vischvoeder. Steeds moet voor een goed schoonhouden van het a. worden gezorgd. Men bereikt dit door met een doorstroomingsapparaat het water voortdurend te ververschen ofwel door dit af en toe te vernieuwen. Wegens zijn mindere zorgen wordt het zoetwater-a. dikwijls als huis-a. aangetroffen.

Geheel anders is het met het zout- of zeewater-a., dat vanwege de vele en buitengewone zorgen voorloopig wel vnl. tot openbare instituten zal beperkt blijven. Zeer bekend om zijn inrichting is het zeewater-a. van het Kon. Zoölog. Genootschap Nat u ra Artis Magistra te Amsterdam. Het zeewater wordt hier voortdurend in circulatie gehouden en door een filtreertoestel van bederfaanbrengende microörganismen en andere verontreinigende stoffen gezuiverd; tevens wordt het zoutgehalte op peil gehouden en het water steeds van versche lucht voorzien. Ook het a. te Berlijn heeft groote bekendheid en staat met dat te Amsterdam, wat zijn inrichting betreft, verre boven het zee-a. van Napels, dat echter wegens zijn groote verscheidenheid aan dieren en streng wetenschappelijke inrichting steeds een groote beroemdheid heeft gehad.

Bijzondere eischen stellen nog de zoogenaamde tropische aquaria. Hierin wordt het water kunstmatig op temperatuur gehouden, zoodat tropische waterdieren en -planten kunnen blijven leven. Het eerste zoetwater-a. werd geconstrueerd door dr. Ward (1841). In 1852 bouwde Gosse het eerste zeewater-a. in den Londenschen dierentuin.

Voor aquarium als leermiddel, zie Leermiddelen. Willems.