Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

OERMONOTHEÏSME

betekenis & definitie

is de godsdiensthistorische theorie, die tegenover de evolutionistische bewering dat God slechts een laatkomer in het religieuze denken zou zijn, het feit plaatste, dat in de oudste ons bekende culturen, de zgn. oerculturen, het geloof in één Hoogste Wezen duidelijk aanwezig is. Tegen de opwerping, dat in de heden nog bestaande primitieve culturen het geloof in het Hoogste Wezen steeds verbonden is met animistische en polytheïstische voorstellingen, zodat er geen sprake kan zijn van zuiver monotheïsme , brengt de grote verdediger van de oermonotheïstische theorie, W.

Schmidt, in, dat deze voorstellingen uit latere beïnvloedingen voortkomen. Ofschoon Schmidts bewijsvoering niet altijd een overtuigende bewijskracht heeft, moet men toch erkennen, dat hij het bestaan van het geloof in het Hoogste Wezen in de oerculturen duidelijk heeft aangetoond.

Over de eigenlijke oorsprong van het oermonotheïsme blijven de meningen verdeeld. Schmidt leidt het af uit de Oeropenbaring.

Anderen menen, dat het voldoende verklaard wordt uit een spontane redenering, terwijl nog anderen een beroep doen op een mystieke ervaring. Deze verschillende antwoorden steunen o.i. niet meer op zuiver godsdiensthistorische gegevens, maar worden bepaald door godsdienstwijsgerige inzichten.

K. L.

B.