Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

EER

betekenis & definitie

is een betuiging van waardering voor iemands voortreffelijkheid (goede eigenschappen, ambt of waardigheid). Geldt deze eer in de eerste plaats God om zijn oneindige verhevenheid (zie Eredienst), eerwaardig is ook iedere mens als Gods beeld en bijzonder de Christen als lid van Christus’ mystiek lichaam.

Plet woord eer kan men ook gebruiken ter aanduiding van de voortreffelijkheid zelf, die eerwaardig is. Zo spreekt men van eergevoel, dat een fijngevoeligheid is voor echte, menselijke waarden, waardoor men niets wil doen wat er schadelijk voor zou kunnen zijn en daarom de eer zou kunnen benadelen, die zij verdienen.Eerbied is een waardering voor het waardevolle, die vervuld is van huiver om het aan te tasten of te kort te doen. In eerbied ziet de mens bovenal met respect op naar de personen, die hoger geplaatst werden dan hijzelf. De eer van het huldebetoon is een menselijke waarde (vgl. Spr. 22 : 1), al kan zij uit ijdelheid of uit eerzucht ongeregeld worden gezocht. Zij heeft betekenis voor het waardenbesef en daarmede voor heel het zedelijk leven der mensen en is ook van groot belang voor het sociaal verkeer. Zij bevordert de moed en de bereidheid om diensten te bewijzen of te aanvaarden (belang van beroepseer) en het eergevoel beschermt en stimuleert het zedelijk leven.

Om deze waarde mag en moet men soms er naar streven (met mate, anders wordt het eerzucht), moet men haar anderen gunnen en mag men haar niet aantasten (belediging, smaad, laster, eerroof). Dit laatste mag zelfs niet wanneer de eer niet wordt verdiend, zolang het niet voor hogere waarden nodig is (kwaadspreken). De Schrift spoort ons aan allen te eren (1 petr. 2: 17; Rom. 12: 10). Eerbied voor alle gezag en iedere waarde is een belangrijk element van de christelijke adel.

A. V. R.