Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

Gepubliceerd op 02-01-2020

EERBAARHEID

betekenis & definitie

is de eigenschap die men iemand toekent in zover hij zich gedraagt overeenkomstig de eisen der zedigheid en kuisheid. Men denkt daarbij bijzonder aan het gedrag dat als zodanig naar buiten kenbaar is.

Zij staat in nauw verband met het gave schaamtegevoel, dat door een inbreuk op de eerbaarheid wordt gekwetst. Het grote belang van de eerbaarheid voor het zedelijk welzijn van het volk en met name voor de gaafheid van het schaamtegevoel wettigt en eist beschermende maatregelen vanwege het burgerlijk gezag.

De Nederlandse en Belgische wet kennen verschillende strafbepalingen tegen openbare schennis der eerbaarheid; gemeentebesturen hebben de bevoegdheid plaatselijke verordeningen uit te vaardigen. Het kerkelijk recht kent een huwelijksbeletsel van openbare eerbaarheid: wie een ongeldig huwelijk heeft gesloten of in publiek concubinaat heeft geleefd, kan niet geldig trouwen mét de bloedverwanten van de partner in de eerste en tweede graad van de rechte lijn.

Het beletsel is positief-rechtelijk. Om ernstige redenen wordt er in gedispenseerd.

A. V.

R.