m. (-ken; -je) [klnb.]
I. Eig. klappend geluid: ijzer dat springt, geeft een -.
II. Metn.
1. slag met klappend geluid : een in zijn gezicht krijgen.
2. a. vlek, klad, met een klappend geluid neergesmeten : hij wierp een inkt op het papier.
b. Algm. vlek, klad : een modder.