Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

keurvorst

betekenis & definitie

('keur) m. (-en) Eert. een der (oorspronkelijk zeven) vorsten die in het Duitse Rijk (1257-1806) het recht hadden de keizer te kiezen : de -en waren, in het begin, de aartsbisschoppen van Mainz, Trier en Keulen, de graaf van de Palts, de hertog van Saksen, de markgraaf van Brandenburg en de koning van Bohemen; de grote -, Frederik Willem, keurvorst van Brandenburg 1640-1688.

< >