Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

Hadrianus

betekenis & definitie

(hadri'a:nus)

I. (Publius Aelius) Romeins keizer 117-138, ° 76 in Spanje, aangenomen zoon van Trajanus ; regeerde als „vredevorst”, bereisde tweemaal alle provinciën van het Rijk, versterkte de Britse grens door de Hadrianus Wal (tussen de Solway en de Tyne), onderdrukte de opstand der Joden onder Bar Cochba, ten gevolge van de stichting der kolonie Aelia Capitolina, te Jeruzalem 132 uitgebroken. → Antinoös.

II. (H.) martelaar in Nicomedië omstr. 306, patroon tegen keelpijn; feest : 8 sept. Als mansnaam ook : Adrianus, Adriaan, Aart, Arie, Ariaan, Jaan, Janne, Jans.