(dia'lekt) o. (-en) [Fr. < Gr. dialegesthai, spreken]
1. taal door een geografisch onderdeel van een volk gesproken en van het algemeen beschaafd afwijkend : plat Antwerps -. Syn. gewest-, gouw-, streekspraak, tongval.
2. Uitbr. taal beschouwd als onderdeel van een groep verwante talen : Frans, Italiaans, Portugees en Spaans zijn Romaanse -en.