Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

Cyprianus

betekenis & definitie

(sipri'a:nus) (H.) Latijns kerkvader, ° omstr. 200 te Carthago, leerling van Tertullianus, retor. 246 kristen, 248 bisschop van Carthago, ✝ 258 als martelaar; schreef o. a. Brieven, een hoofdbron voor de kerkgeschiedenis van die tijd; feest: 16 sept. → godgeleerdheid.

< >