(bont) m. (-en; -je) [~ binden]
I. Eig. bos : een vlas.
II. Metf. verdrag van vereniging, verbond : een van volkeren. III. Metn. [van II]
1. vereniging van staten, gewesten, steden tot een geheel, waarvan de leden tot op zekere hoogte zelfstandig blijven : de Verenigde Staten van Amerika vormen een -.
2. vereniging tot bevordering van gemeenschappelijke belangen of het verspreiden van zekere denkbeelden : een van arbeiders; een van studenten. Syn. genootschap, gezelschap, maatschappij, vereniging.