(bə'ste:kən) (bestak, heeft bestoken)
I. door te steken voorzien nl. 1. Algm. er op steken : een hoed met bloemen besteken. 2. Inz. er op steken tot sieraad.
II. door te steken begrenzen nl. 1. Eig Veroud. afheinen, afperken. 2. Metf. bepalen, regelen, ontwerpen.