of van den Bongard, afkomstig uit het adelijk geslachte van dien naam (ook wel Boomgaard geheeten), dat zig, in de vijftiende eeuw, in Holland onthield. Sommigen daarvan begaven zig naar ’t Valkenburgsche, anderen naar Utrecht, daar zij in de Ridderschap zijn beschreven geworden.
Schoon ’er vermoedelijk meer geslachten van dien naam, ten dien tijde, in leven waren, was dit, echter, één van de oudsten en adelijksten, zijnde vermaagtschap aan TUSK, SPANGEN, REDE, BRONKHORST, enz. Hij was bezitter van de Heerlijkheden Bomgard, Nijenrode, ter Lucht, enz. en afkomstig uit den Huize van Wassenaar, en wel van FLORIS VAN DEN BONGAARD, zoon van KLAAS HORST, en kleinzoon van ARENT VAN DEN DAMME, die een broeder was van FILIPS VAN WASSENAAR, Burggraave van Leiden. Uit de geslachtlijsten van Wassenaar zal dit nader blijken.