Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 31-10-2023

BEIMOER

betekenis & definitie

ook wel Beiemoer genaamd, is een der Polders, behoorende tot het Markgraafschap van Bergen op den Zoom, en is geleegen bewesten Halsteren en Noordgeest. In Lijfstraflijke misdaaden staat hij gedeeltelijk onder Halsteren, en gedeeltelijk onder Noordgeest. De Schout van Halsteren en vijf Schepenen, die voor hun leven worden aangesteld, neemen ’er de Burgerlijke Regeering waar. Men heeft ’er daar en boven eenen Dijkgraaf, twee Heemraaden, één Penningmeester en één Boekhouder.

De Secretaris van Halsteren bekleed alhier dien Post. Jaarlijks draagt Beimoer in de verponding 727 guldens en dertien stuivers. Het land van deezen Polder brengt allerleije graanen voort; ook is ’er zeer goed Weiland. De Ingelanden zijn niet gehouden de Excijnsen te betaalen, onaangezien hunne Landerijen onder de eigen goederen des Markgraafs behooren.Staat der Nederlanden, II. Deel, bladz. 419.

< >