Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 15-03-2024

VLAMING, PIETER

betekenis & definitie

een geleerd Amsterdammer, Zoon van Mr. FLORIS WILLEMSZ VLAMING en CHRISTINA VAN BEEK, wierdt op den negenëntwintigsten Maart des Jaars 1686 gebooren.

Naa de gronden van Latijnsche en Grieksche taalkennisse, in zijne geboortestad, geleid te hebben, oeffende hij zich, aan ‘s Lands Hoogeschool te Leiden, in de Regten. Intusschen maakte hij vooral zijn werk van de beoeffening der Dichtkunde, waarin hij zijnen Vriend JAN BAPTISTA WELLEKENS tot kunstbroeder en raadsman hadt. In den jaare 1719 wierdt VLAMING Boekhouder van de Oostïndische Maatschappije ter Kamer Amsterdam. Hoewel dit ampt merkelijke inbreuk maakte op zijnen ledigen tijd, vondt hij, nogthans, middel om menigte snipperuuren aan zijne geliefde dichtoeffening en daar mede vermaagschapte weetenschappen toe te wijden. Aldus bezorgde hij, in den Jaare 1723, eene uitgave van SPIEGHELS Hertspieghel en andere Zedeschriften, met het Leeven des Dichters verrijkt. Twee jaaren daar naa gaf hij de Rederijkkunst van DAVID VAN HOOGSTRATEN in ‘t licht; en in den Jaare 1730, eene Nederduitsche Overzetting der Arcadia van SANNAZARIUS. Doch een werk van langer adem deedt hem de dichtoeffening meerendeels staaken. Hij ondernam eene uitvoerige Beschrijving van Amsterdam, die, volgens het oorspronklijk ontwerp, verscheiden Deelen in folio zou beslagen hebben. Beter gelegenheid, dan iemand voorheen daar toe genooten hadt, boodt zich hem ten dien einde aan. Zo verre was hij met ’er daad gevorderd, dat men eenen aanvang maakte met drukken, en zes Bladen, nevens eenige Kaartplaaten, waren afgedaan, toen het plotseling overlijden des werkzaamen Mans, onverwagt, zijnen arbeid afbrak. Op zijne Hofstede Hoogerwoerd wierdt de Heer VLAMING van eene Beroerte overvallen, welke, binnen den tijd van vierëntwintig uuren, op den tweeden Februarij des Jaars 1733, zijn ieeven eindigde.

In den Jaare 1706 was de Heer VLAMING in ‘t huwelijk getreeden met WYNANDA CALKOEN, dogter van GERARD CALKOEN en CATHARINA VERBEEK, bij welke hij veertien kinderen verwekte, en die hem tot in den Jaare 1752 overleefd heeft. Van de twee Zoonen en twee Dogteren, is eene der laatste getrouwd geweest met den Schout bij nacht JOOST SELS, en bij hem moeder geworden van tien kinderen. De Zoonen zijn ongehuwd overleeden. Behalven de Latijnsche en iets van de Grieksche, verstondt de Heer VLAMING de meest gebruiklijke leevende taalen.

Zie J. WAGENAAR, Beschrijving van Amsterdam.

< >