De tekening bij dit artikel vertelt heel in het kort iets over de boeiende ontstaansgeschiedenis van de gewone mug. Een vrouwtjesmug legt in één keer ongeveer 150 eitjes aan de oppervlakte van stilstaand water.
Dat kan een poel zijn of een regenbak of zelfs een vergeten conservenblik met wat regenwater. Tezamen vormen die eieren een soort vlot. Uit elk van de eieren komt na korte tijd een larve: een vreemd, kommavormig diertje, dat zich op een merkwaardige wijze voortbeweegt. Elke larf heeft een ademhalingsbuis, die boven het water uitsteekt als het diertje ondersteboven aan het oppervlak hangt. Na verscheidene dagen verandert de muggelarf in een pop, die schijnbaar zonder beweging in het water drijft. In het binnenste voltrekken zich echter grote veranderingen. Na een paar dagen breekt de poppehuid namelijk open en kruipt er een volwassen mug te voorschijn.Voor de rest van haar bestaan leeft een mug in de lucht. Mannetjesmuggen voeden zich met planten- en fruitsappen; vrouwtjesmuggen leven hoofdzakelijk van bloed. Als een mug steekt, probeert het diertje alleen maar een maaltijd op de kop te tikken!
Alle muggesoorten zijn kleine, tweevleugelige insekten, die geboren en volwassen worden op de zojuist beschreven manier.
De gewone mug kan lastig zijn maar vormt voor de mens geen werkelijk gevaar. Familieleden van dit diertje echter kunnen gevaarlijke ziekten overbrengen. Sommige soorten verspreiden malaria; andere gele koorts. Als gevolg daarvan is de wetenschap voortdurend bezig goede methoden te zoeken voor het bestrijden van deze muggesoorten.