Definities van Algemeen Nederlands Woordenboek in de Ensie T
- treinbegeleider
- treinbestuurder
- treinconducteur
- treinen
- treinkaartje
- treinmachinist
- treinongeluk
- treinongeval
- treinpassagier
- treinramp
- treinreiziger
- treinsafari
- treintaxi
- treintunnel
- treinviaduct
- treinwachter
- treinwagon
- trekdier
- trekharmonica
- trekpaard
- trekpleister
- trekschuit
- trekteller
- trektijd
- trekvogel
- trekzak
- trema
- tremolo
- trenchcoat
- trending
- trending topic
- trendsetter
- trendwatcher
- trendy
- trens
- treurbuis
- tri
- triangel
- triangelbikini
- tribalisme
- trichloorethyleen
- tricolore
- trien
- triggeren
- triktrak
- triljard
- triljoen
- trilsjaal
- trimester
- trimloopvierdaagse
- triobaan
- tripes à la mode de Caen
- Triple Entente
- triplet
- trippen
- trips
- triptiek
- tritium
- trivialiseren
- troefcall
- troefcallen
- troela
- troetelkind
- troffel
- troggelen
- trogon
- trolley
- trombone
- tromboneschool
- trommel
- trommelaar
- trompe-l'oeil
- trompet
- trompetvogel
- tronie
- troonrede
- troonsafstand
- troonsbestijging
- troonswisseling
- tropenhelm
- tropensmoking
- tropische dag
- tropischeplantenteelt
- troposfeer
- trosbes
- trots
- trottinet
- trottinette
- trottoir
- troubleshooter
- trouvaille
- trouwambtenaar
- trouwdag
- trouwjurk
- trouwkleed
- trouwplanner
- trui
- tsaar
- tsarina
- tseetseevlieg