Definities van Agrarisch Encyclopedie in de Ensie I
- Indampen
- Indelingsnet
- Indexcijfers
- Indicator
- Indigo
- Indigofera
- Indijken
- Indikken
- Indirecte waarnemingen
- Indisch Instituut
- Indisch wild varken
- Indische kerseboom
- Indium
- Individueel bezit
- Individueel broeden
- Individuele potentie
- Indjoek
- Indoeng
- Indoengan
- Indolylazijnzuur
- Indolylboterzuur
- Indrogen
- Indruk
- Inductie
- Inductiefase
- Industrie-aarde
- Industriemelk
- Inert
- Infecteren
- Infectieuze abortus
- Infectieuze chlorose
- Infectieweg
- Infectieziekte
- Infiltratie
- Infiltratieband
- Inflatie
- Inflorescentie
- Infrarood
- Infusie
- Infusiediertjes
- Infusoriënaarde
- Inga
- Ingas
- Ingehuld zaad
- Ingeklemd
- Ingekuild voeder
- Ingeland
- Inggoe
- Inhaal
- Inhoud
- Inhoudsbepaling
- Inhoudsmaten
- Inhoudsnormen
- Inhoudstafels
- Inhullen
- Inkalven
- Inkapselen
- Inklinken
- Inkomen
- Inkomende rechten
- Inktvlekkenziekte
- Inkuilen
- Inlaag
- Inleggen
- Inmaken
- Inmaling
- Innijpen
- Inocarpus edulis
- Inoculeren
- Inosiet
- Inplantingshoek
- Inploegen
- Inpolderen
- Inrichten
- Inrichtingsbrigade
- Inrichtingsperiode
- Inrichtingssectie
- Inrichtingswerk
- Inrooien
- Inscharen
- Insectarium
- Insecten
- Insectenbestuiving
- Insectenbloemen
- Insectendamar
- Insectenetende planten
- Insecteneters
- Insectenplaag
- Insectenpoeder
- Insecticiden
- Insectivoor
- Inseminatie
- Inseminator
- Insnijding
- Insnoeien
- Insolventie
- Inspecteur
- Instandhouding van rassen
- Insteekkalkoenen
- Insterven
