Ikonen Lexicon

Karin Braamhorst (2004)

Gepubliceerd op 01-03-2017

Kruis

betekenis & definitie

Een kruis is reeds voor de christelijke tijd een veelvoorkomend symbool. In Egypte gebruikte men het T-kruis als symbool voor het leven. Ook wordt het kruis als zonnesymbool of levensboom aangewend.

In de christelijke traditie is het kruis verbonden met het lijden, maar het wordt ook een teken voor het nieuwe leven. Daarom krijgt bij de doop iedere gelovige die in de kerkgemeenschap wordt opgenomen een doopkruis. Priesters en bisschoppen dragen als waardigheidsteken borstkruisen, die soms relieken bevatten. Dan is de symbolische betekenis: ‘Wie mij wil volgen, neemt zijn kruis op en volgt mij’. Het kruis waaraan Christus werd terechtgesteld vertoont nauwelijks enige gelijkenis met de ons bekende kruisvormen.

In de Griekse respectievelijk Latijnse oertekst van het Nieuwe Testament staat voor ‘kruis’ ‘stauros’ respectievelijk ‘lignum’. Beide woorden betekenen een paal waaraan de ter dood veroordeelde hangend werd vastgebonden tot de dood intrad. Aan die paal kon een dwarsbalk worden bevestigd, waaraan de handen van het slachtoffer vastgebonden of – gespijkerd konden worden. In de meeste gevallen was er ook nog een voetsteun (lat. ‘suppedaneum’) aangebracht, die het lijden overigens alleen nog maar verlengde. Deze schuin geplaatste voetsteun is een vast onderdeel van het orthodoxe kruis.